Trainer Irfan Djabar wil plan om toptalenten te begeleiden

Badmintoncoach Irfan Djabar (foto: Jaswant Gajadien)
Badmintoncoach Irfan Djabar (foto: Jaswant Gajadien)
RIO DE JANEIRO – Heel opvallend bij de Surinaamse Olympische delegatie in Rio zijn de jonge trainers. Op atletiekcoach Fred Lobman na, waren de trainers bij zwemmen (Yash Daryanani), judo (Johan Nekrui) en badminton (Irfan Djabar) jong. De allerjongste van allemaal is Djabar. In 2010 nog meegedaan aan de Youth Olympics in Singapore en nu begeleid hij toptalent Soren Opti op de Olympische Spelen. ‘Na de Youth Olympics had ik kriebels om verder en nog hoger te gaan met badminton. Maar door studie en daarna werk kon ik niet eraan toekomen om mijn carriere voort te zetten op het niveau dat ik wilde. Ik speel nog, maar kan niet altijd vrij zijn om optimaal te trainen’, zegt de 24-jarige Djabar.
Djabar heeft daarom gekozen om op een andere manier zijn bijdrage te leveren voor de badmintonsport in Suriname. Dat is door zitting te nemen in het bestuur en de jeugd te trainen. ‘Ik ben ondervoorzitter van het bestuur van de Surinaamse Badmintonbond (SBB)’, vult hij aan. ‘Ik wil jeugdigen als Opti en andere naar een grotere hoogte brengen. Daarvoor wil ik de komende tijd een lange termijn plan opstellen, die past bij Opti en andere talenten om de wereldtop te bereiken’, geeft de jonge talentvolle trainer aan.
Dat hij op de Olympische Spelen in Rio toptalent Opti mocht begeleiden, vindt hij een eer. ‘Ik heb heel vee geleerd. En we gaan doorwerken voor Tokio 2020’, geeft de trainer aan.
Coach Daryanani van de zwemdelegatie blikt overall tevreden met de prestaties van de zwemmers. ‘Als je tot de top 36 en 21 van de wereld behoort, dan zit je goed. Ook het nieuw nationaal record van Renzo Tjon A Joe zegt veel’, meent Dayanani. Of hij nog bondscoach blijft, weet hij niet. ‘Ik moet even kijken hoe verder. Feit is dat ik wat internationale kennis graag wil overdragen aan de jeugd middels trainingen’, zegt de 35-jarige Daryanani.

error: Kopiëren mag niet!