Hoewel minister Rabin Parmessar van Openbare Werken onlangs betrapt is op het toekennen van drie onderhandse gunningen, blijkt dat de bewindsman wederom bezig is geld te vragen voor andere projecten. Ditmaal is het voor de strijd van zijn ministerie tegen het Chikungunya-virus. Dagblad Suriname verneemt uit betrouwbare bronnen dat Parmessar een bedrag van SRD 3 miljoen aan de onlangs ingestelde onderraad van ministers, die zich bezig zal houden met de coördinatie van de bestrijding van de Chikungunya-epidimie, heeft gevraagd. Dit bedrag is 3 maal hoger dan de oorspronkelijke SRD 1 miljoen, die de Raad van Ministers (RvM) onlangs ter beschikking heeft gesteld. Het oorspronkelijk bedrag was overigens bedoeld voor een landelijke campagne, terwijl de SRD 3 miljoen die Parmessar vraagt, alleen op één ressort bekostigd zal worden. De landelijke cijfers van het ministerie van Volksgezondheid tonen aan dat Paramaribo aan de kop staat met 50% van het aantal besmettingen. In Paramaribo zijn de ressorten Blauwgrond, Welgelegen, Tammenga, Beekhuizen en Weg naar Zee het meest getroffen. Vandaar dat Blauwgrond prioriteit geniet van Parmessar.
Parmessar wenst het bedrag nog niet te noemen
De bewindsman, die even geschrokken bleek te zijn van de afkomst van de informatie, geeft in gesprek met Dagblad Suriname te kennen dat zijn ministerie inderdaad een bedrag heeft aangevraagd, maar dat hij de grootte van dit bedrag niet prijs wenst te geven. De enige persoon die de bevoegdheid daartoe volgens hem zou hebben, is vicepresident Robert Ameerali, die tevens ook de voorzitter is van de onderraad. ‘Maatregelen kosten geld en zijn nooit gratis’, benadrukt Parmessar. Volgens hem zijn er duidelijke planning en procedures, die alle ministeries moeten bewandelen en zou hij dus ook de juiste wegen hebben bewandeld. Het aangevraagde bedrag zou niet alleen gericht zijn op de aanpak tegen Chikungunya, maar ook kosten die daarbij gepaard gaan. Het vermoeden bestaat dat Parmessar, indien hij het bedrag krijgt toegewezen, de te verrichten werkzaamheden onderhands zal gunnen aan een door hem gekozen aannemer. In zo een geval zou hij dan ook gemakkelijk gebruik kunnen maken van artikel 18 van de Comptabiliteitswet, betreffende algemeen belang, en geen openbare aanbesteding houden. Niet moet worden vergeten dat de minister zelf ook op Paramaribo-Noord woont.
Vicepresident Robert Ameerali heeft eerder op een persconferentie aangegeven dat aan de hand van de realiteit ervan kan worden uitgegaan dat het gealloceerd bedrag van SRD 1 miljoen mogelijk niet voldoende zal zijn om de landelijke campagne te dekken. Vooral de transportkosten naar de diverse districten zal de regering behoorlijk wat kapitaal kosten. Echter was besloten om vooruitlopend op zaken alvast SRD 1 miljoen ter beschikking te stellen en zal op een later stadium, indien nodig, meer geld vrijgemaakt worden. Wat nu wel het geval is, is dat bepaalde acties van ministeries, zoals schoonmaken van dakgoten en ophalen van goten, binnen het bestand van hun bestaande ministeriele begroting moeten geschieden. Parmessar zegt ook dat de meeste dingen in deze actie al in de begroting van zijn ministerie zijn opgenomen. In de begroting voor het dienstjaar 2015 van het ministerie van Openbare Werken staat dat het directoraat Openbaar Groen in totaal SRD 10.550.000 nodig heeft voor beleidsmaatregelen. SRD 800.000 is nodig voor de ophaal van dichtbegroeide lozingen, SRD 3.000.000 voor het opruimen van illegale vuilstortplaatsen en ophalen van groot vuil en SRD 2000.000 voor een nationale schoonmaakactie en overige milieuprojecten.
Wanneer het gaat om specifieke dingen die te maken hebben met activiteiten van Chikungunya zal het bedrag volgens de vp wel uit de centrale pot moeten komen. Indien extra geld nodig zal zijn, zal het coördinatieteam dit voorbereiden en overleggen aan de onderraad voor Chikungunya. De onderraad zal dit uiteindelijk doorgeleiden naar de RvM. Ameerali zei eerder dat hij wel verwacht dat deze bedragen zullen worden goedgekeurd. ‘Natuurlijk zal het als altijd passen en meten zijn om te kijken op welk begrotingsartikel het moet worden uitgevoerd’, aldus de vicepresident.
FR
