Politici moeten niet aansturen op conflicten

De politiek moet nalaten om door conflicten uit te lokken, de achterban te manipuleren met het spookbeeld van een vijand. Het is opvallend dat weer in aanloop naar de verkiezingen bepaalde burgers kansen nemen en overgaan tot occupatie van gronden, waarbij inbreuk wordt gemaakt op verkregen rechten van andere burgers. Opvallend is dat de politie erbij zou staan en niet zou ingrijpen om de occupatiehandelingen stop te zetten. Er is een zwak beleid van de regering en de politie als het gaat om de bescherming van have en goed van burgers die zich wel aan de wet houden. Wat ook opmerkelijk is, is dat bepaalde DNA-leden van wie de stem zeker hier zou gelden, zich opvallend stil houden en niet willen zeggen wat de mensen niet graag willen horen. Indien er wat gebeurt in het binnenland, dan springen bepaalde ministers en DNA-leden wel. In aanloop naar de verkiezingen zijn de politici bang om stemmen te verliezen en dan maakt het niet uit of rechten van andere burgers worden geschonden. De autoriteiten zijn op de hoogte van de occupaties, maar zijn niet in staat geweest om de zaak te stuiten. De politie zou zich zaterdag op de locatie hebben georiënteerd. De occupanten hebben hier zelf landmeter gespeeld en het terrein dat aan iemand anders toebehoort, onderling verdeeld en dat aangeduid met markeringen. Deze markeringen zouden door de politie zijn verwijderd. De occupanten spelen een kat en muis spelletje met de politie. Men rent het bos in wanneer de politie verschijnt. Het occupatieprobleem te Santodorp is iets ingewikkelder geworden vanwege het feit dat koeien die op het terrein graasden, zijn verdwenen. Hier gaat het om een strafbaar feit en de verdachten zijn gemakkelijker aan te wijzen. De politiek behoort bij deze delicten aangaande diefstal aanhoudingen te plegen. Bij de politiestations in de buurt zijn zeker aangiftes gedaan door veehouders die na de bekende occupaties in de buurt tientallen stuks vee hebben zien verdwijnen. Zondagavond is gebleken dat de markeringen die een dag terug waren geplaatst, weer terug zijn geplaatst door de occupanten. Het frappante is uiteindelijk de onwil en het onvermogen van de politie om hierna weer op te treden. Rechthebbenden althans derden die getuige waren van de voortzetting van de occupatie hebben de politie gealarmeerd. De parallellen met een eerdere grootscheepse occupatie in Wanica zijn evident. De samenloop van het feit dat de occupanten collectief volharden en dat de politie zegt geen instructie te hebben om op te treden, zorgen voor de nodige bedenkingen, wat betreft de rol van bepaalde politici. Wanneer de politie aangeeft dat er geen instructies zijn gegeven om op te treden, dan zegt men in principe dat er instructies zijn om niet op te treden. We zeggen dit omdat de politie uit eigen initiatief wel degelijk de ruimte heeft om uit te rukken en inbreuk op rechten van derden te doen staken met middelen die haar exclusief ten dienste staan. De vraag rijst door wie deze instructies zijn gegeven. Op Juspol wordt steeds meer politiek gespeeld en wij stelden eerder dat de huidige minister zich steeds meer opstelt als een politicus dan als een technische minister. Nu ontstaat door deze houding een soort schisma. Rechthebbenden wier rechten zijn geschonden, voelen zich in de steek gelaten door de politie. Sterker nog, men heeft het gevoel dat de politie nu wel oogluikend toelaat dat de inbreuken worden gepleegd. In de grondwet staat dat eigendom, zowel van de gemeenschap als van het individu, een maatschappelijke functie vervult. Een ieder heeft het recht in Suriname op ongestoord genot van zijn eigendom. Er zijn bepaalde politieke partijen in Suriname die vanwege hun aanhang het niet kunnen nalaten om het occupatieprobleem tot een issue voor communicatie te maken. Men heeft een plicht om de achterban in te lichten en occupaties (conflicten) te voorkomen. In Suriname is een grote urbanisatie gaande, die genegeerd wordt door deze politieke partijen en de regering. In plaats van te voorkomen en te zoeken naar legale oplossingen, zijn de geruchten hardnekkig dat occupaties politiek worden aangestuurd met een meerledig doel, waaronder politiek. Men weet dat een bepaalde optiek bij de occupanten uit het achterland bestaat ten aanzien van grondbezit in het stedelijk gebied. Wanneer de gemoederen hoog oplaaien, dan wordt gezegd dat het niet toegestaan moet zijn dat bepaalde burgers veel land bezitten, al zouden ze het met hun eigen geld hebben gekocht. Dit soort kronkelredeneringen worden niet aangepakt door de betreffende politieke leiders, die volgelingen kennen onder de kiezers. De vraag rijst uiteraard waarom de pg nog niet op de hoogte is gesteld. De pg, de DNA-leden van het district en de betreffende politieke leiders die ingang hebben bij de occuperende groepen maken de rechtstaat verder kapot wanneer men occupanten beschermt en rechthebbenden negeert. De fundamenten van de Staat moet men niet kapot maken door chaos en wanorde toe te staan. Men moet het niet zover laten komen dat de rechthebbenden het recht in eigen handen nemen, omdat er ook provocatie zou plaatsvinden. Met de laksheid van de politie en de autoriteiten wordt de leefbaarheid en de harmonie in de betreffende buurt ernstig bedreigd. De boodschap, die ook de Juspol-minister en de betreffende politici duidelijk moeten propageren, is dat burgers na moeten laten om inbreuk te maken op rechten van andere burgers. Gelukkig is door de politiewoordvoerder verklaard dat de overtreders hard aangepakt zullen worden. Maar waarom moet men dan eerst instructies krijgen om niets te doen? Aan de overtreders is bevolen om de percelen te verlaten. De woordvoerder beaamt dat het om een strafbaar feit gaat. Het wordt tijd dat de betreffende bewindsman en de betreffende politici hun verantwoordelijkheid nemen en corrigerend en preventief optreden. Men moet niet trachten om via uitgelokte conflicten een vijand te creëren en daarmee het kiezersvolk te manipuleren.

error: Kopiëren mag niet!