IDB: Suriname moet voorbereid zijn op daling goud rond USD 700

De Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) acht het mogelijk dat de goudprijs naar haar oud niveau van USD 700 per troy ounce zakt. Die verwijzing maakte ze in een recent rapport waarin ze een analyse maakt van de impact die de externe schokken op de international goederenmarkt hebben op de Caribische landen. De bank komt tot de conclusie dat de onevenwichtigheden die de schommelingen op de internationale markt veroorzaken en het bbp van de handelspartners, behoorlijke invloed hebben op de Caribische landen, omdat deze vooral fiscaal weinig flexibel zijn. Het rapport ‘Spillovers of Global Shocks Over Caribbean Countries: So Large That There Is Little Room to Maneuver’ analyseert 6 Caribische landen (Barbados, Bahamas, Guyana, Jamaica, Trinidad en Suriname) over de periode 2008-2012 en kijkt vooruit naar 2013-2017. Recentelijk is ook door Moody’s ratingbureau opgemerkt dat Suriname gevoelig is voor prijsschokken op de internationale markt. Het IDB-rapport bekijkt de invloed uitgaande vanuit de handelspartners, de economische groei en prijsschommelingen op het bruto binnenlands product. Caribische landen hebben de flexibiliteit niet om via fiscale maatregelen een terugval in inkomsten te compenseren. Het rapport verdeelt de 6 landen in ‘toerisme-exporteurs’ (Barbados, Bahamas en Jamaica) en grondstofproducenten (Guyana, Trinidad en Suriname).
Open voor handel
Het rapport geeft aan dat diversificatie van de 6 economieën achterblijft, omdat er sprake is van kleinschaligheid van de economieën die niet genoeg vraag kunnen ontwikkelen. Trinidad is van alle 6 landen het meest gediversifieerd. Suriname wordt samen met Guyana getypeerd als erg open voor de handel getuige de omvang van de import en de export. De som van de import en export is groter dan het bbp, hetgeen een teken is van een grotere groei van de economie. Suriname is net als de andere landen (m.u.v. Trinidad) afhankelijk van de export van maar enkele producten en de import van brandstof waarvoor veel geld wordt uitgegeven. Suriname drijft het meeste handel met de Europese Unie (net als Guyana). Trinidad exporteert ook veel naar Suriname en Guyana. Wat de inkomsten betreft, waren wij tot voor kort ook veel afhankelijk van hulp uit Nederland: een kwart van de staatsinkomsten en ca 10% van het bbp.
Kleine economie en beperkte fiscale compensatie
De kleinschaligheid van de economie in Suriname (en de andere 5 landen) maakt dat de invloed die uitgaat van de internationale marktfactoren te groot is voor de compensatiemaatregelen die de regering zou willen en kunnen treffen door belastingmaatregelen.
Handelspartners en bbp-groei
Het rapport geeft aan dat de groei van onze economie afhangt van de goudprijs (evenals Guyana) en het verloop van het bbp in de Europese Unie. De toerismelanden zijn afhankelijk van het bbp in de USA, die de meeste toeristen naar deze landen uitzendt. Suriname is minder afhankelijk dan de toerismelanden van brandstofimporten. In deze landen zorgt een toename van 1% van de brandstofprijs voor afname van het bbp met 0.08%. Duidelijk komt naar voren dat vanaf 2004 er een constante groei is in het reële bbp van Suriname. Dit zou echter 7% hoger zijn als de crisis in 2007 achterwege was gebleven. De meeste hinder van de crisis ondervond Trinidad onder de grondstofexporterende landen, waar de groei zelfs afnam. De minste hinder ondervond Guyana. Het reële bbp was in 2012 het hoogst in Suriname; zonder de 2007-crisis zouden wij Trinidad voor ons moeten dulden die nu pas na Guyana op de 3de plaats volgt. De analyse leert ook dat de recessie vanaf 2007 verwaarloosbaar impact heeft gehad op ons in termen van een begrotingstekort.
2012-2017
De IDB analyseerde wat er kan gebeuren als het bbp van de handelspartners en de prijzen van de relevante grondstoffen in 2012-2017 zich in dezelfde mate ontwikkelen als ze in 2008-2012 hebben gedaan. De conclusie is dat de groei van de economie in Suriname op termijn kan dalen voornamelijk vanwege de dan veel lagere goudprijs volgens de projecties.
Conclusie
De Caribische eilanden zijn sterk gevoelig voor de externe factoren als het bbp van de handelspartners en de prijzen op de internationale markt. De landen hebben dit gevoeld door een groter wordende begrotingstekort, met uitzondering van Suriname en Guyana die veel hebben geprofiteerd van een explosieve groei van de goudprijs (die nu op de terugweg is). Suriname moet volgens de IDB echter voorbereid zijn op toekomstige negatieve externe ontwikkelingen zoals een daling van de goudprijs naar rond de USD 700 per troy ounce. Het breakeven punt zou volgens uitspraken van DNA-leden uit de oppositie liggen rond het dubbele van dit bedrag.

error: Kopiëren mag niet!