Regering heeft uitdaging aan geestelijke ontwikkeling bevolking

Als de zaak van de gewelddadige zelfmoord van de 19-jarige Nickeriaanse moeder van twee in ogenschouw wordt genomen, dan blijkt duidelijk dat de overheidsvoorlichting en de pogingen van de regering om Suriname tot een meer leefbare plaats te maken, niet overal in Suriname doordringt. In vele opzichten zijn Surinaamse woongebieden in het kustgebied nog ouderwets, en op een onvoorstelbare wijze die doet denken aan gebieden als Afghanistan. De contrasten tussen deze gebieden in Suriname en het moderne leven in het meer urbane gebied zijn hemeltergend. Om een voorbeeld te noemen. Terwijl er politiestations en media voorhanden zijn, kiest een inwonend echtpaar ervoor om zich in de kamer op te sluiten, terwijl de man des huizes zijn vrouw tot bloedens toe aftakelt. Om daarna uit de kamer te komen en te doen alsof er niets aan de hand is. Er zijn Surinamers die het nog op hun geweten kunnen dragen om structureel zo te leven, de andere kant op te kijken, terwijl mensen in levensgevaar verkeren. De vraag moet gesteld worden of volwassen burgers niet strafrechtelijk vervolgbaar zijn als ze de ruimte om verzet te plegen tegen inbreuk op de rechtsorde, ongemoeid laten. Deze vraag is een die aan elk familielid en elke buurman moet worden gesteld die   stelselmatig getuige is van huiselijk geweld en kindermisbruik en voor de zoete vrede zijn mond houdt. De Surinaamse burger is voor een deel, wellicht vanuit culturele overwegingen, sociaal-maatschappelijk niet betrokken. Het verenigingsleven en vrijwilligerswerk zijn voor deze burgers onvoorstelbaar. Uit vrees voor straf vanuit de godenwereld gaat men puur uit eigen belang nog wel naar een gebedshuis. De Staat Suriname moet burgers vervolgen die getuige zijn van strafrechtelijke feiten, met name zedendelicten of levensdelicten, als ze daarvan geen aangifte doen. Er moet dus een aangifteplicht in het leven worden geroepen, waarop een strafdreiging moet staan. De Staat Suriname moet niet toestaan dat burgers lijdelijk toezien, terwijl ze inbreuken op de rechtsorde kunnen voorkomen. De burger moet meer bewogen worden om met aan hem ter beschikking zijnde rechtsmiddelen, de rechtsorden te helpen beschermen. Het moet niet alleen blijven bij de plicht om hulp te verlenen aan iemand in (levens)nood. Uit de berichtgeving is gebleken dat personen in de nabije omgeving nagelaten hebben om aangifte te doen van de mishandeling, die emotioneel de aanleiding is geweest voor de mevrouw om zelfmoord te plegen. Los van het feit dat de zelfmoord gedreven is door een recente mishandeling, moet in casu een rol spelen de mishandeling op zich. Daarvoor is het niet relevant of er een causaal verband bestaat tussen de dood en de mishandeling of dat de mishandelde is overleden. Een zaak van een mishandelde die kort daarna door een andere oorzaak om het leven komt, ontslaat de mishandelaar nog niet van rechtsvervolging. De mishandelaar moet ambtshalve worden vervolgd.
In eerdere stukken, met bepaalde etnisch gebonden hoogtijdagen, hebben wij vaker benadrukt dat er specifieke problemen zijn waaraan etnisch geconcentreerde gemeenschappen onderhevig zijn. In casu is duidelijk de relatie gebleken tussen alcoholisme althans regulier alcoholmisbruik en huiselijk geweld op vrouw en in dit geval ook de kinderen, omdat zij alles open en bloot mochten aanschouwen. Alcoholisme is een groeiend probleem in semi-rurale gebieden in Wanica, Saramacca en Nickerie, in (voormalige) agrarische gebieden. De ontwikkeling en beschaving moet in deze gebieden nog gebracht worden, evenals de reguliere educatie. Zo is de definitie die in deze gebieden gegeven wordt aan het begrip ‘sport’ een heel andere dan welke in het correct Nederlands gangbaar is. Alcohol drinken, dobbelen en marihuana roken is in het spraakgebruik in deze gebieden ook een sport en wel ‘de slechte sport’. Echt afgewezen wordt het niet door ouderen, vooral alcoholmisbruik niet. De alcoholist in bovengenoemde buurten wordt steeds jonger. Er wordt veel voor winkels gedronken door jongens die nog geen twintig zijn. Er moet wetgeving komen in Suriname die sterk wordt gemonitord over openbare dronkenschap. Veel huiselijk geweld en misdragingen in het verkeer hebben te maken met alcoholmisbruik. Maar het alcoholmisbruik is inmiddels door laksheid van ouders en verzorgers en geestelijken zo populair en wijdverbreid geworden, dat geestelijken uit vrees om ‘aanhang’ (en aalmoezen) te ontberen, het niet durven om het openlijk af te wijzen. Wat de laatste tijd vaker voorkomt, is dat als het onderwerp onvermijdelijk ter sprake komt, geestelijken niet kiezen voor een absoluut verbod, maar het wel toestaan ‘binnen de perken’, dus als ‘sport’. In principe begint elke alcoholist binnen de perken. Heel vaak is men op gegeven moment de grip op zichzelf kwijt. Wij vinden dat religieuze organisaties, maar meer nog religieuze leiders, wel falen om op dit stuk een ferm standpunt in te nemen. Huiselijk geweld zit nog cultureel ingebed in sommige gemeenschappen. Het wordt geaccepteerd door de betreffende kringen. Dat blijkt uit de beschrijving van de case van de 19-jarige die zelfmoord pleegde. Daders worden niet als daders, maar als slachtoffers aangemerkt. Vandaar het pleidooi om iemand die mishandelt, niet te laten opsluiten. Daarom wordt ook geen aangifte gedaan. Een ander aspect dat in dit geval naar buiten komt, is de haast die sommige meisjes hebben om betrokken te zijn in een relatie. Dat heeft te maken met een vanuit de cultuur ingegeven terughoudendheid van vaders om een warme relatie op te bouwen met dochters. Het is onvoorstelbaar dat burgers in Suriname hun school, die bijna gratis ter beschikking wordt gesteld door de Staat, verlaten en doen alsof het voor niets is, ter wille van een seksuele relatie. Ook hier zijn er culturele aspecten, waar door maatschappelijke organisaties die direct betrokken zijn, weinig aandacht aan wordt besteed.
Het district Nickerie is naar verluidt wereldkampioen ‘zelfmoord plegen’. We hopen dat het niet zo is. Opvallend is dat ouders van slachtoffers heel vaak beweren van niets op de hoogte te zijn geweest. De hele wereld weet dan dat er regulier wordt geslagen en gemarteld, alleen de ouders weten het niet. Heel moeilijk om zich dat voor te stellen in een kleine samenleving als Suriname, waar er behoorlijk wat wordt geroddeld. Er is een aantal zaken dat de case van de 19-jarige belangwekkend maakt. In de eerste plaats zijn wij benieuwd hoe de Staat deze zaak van mishandeling aanpakt. In de tweede plaats is het van belang welke consequenties er zullen voortvloeien voor degenen die steeds de andere kant hebben opgekeken. In de derde plaats zijn we benieuwd naar de acties van de regering (Juspol) gericht op de preventie en aanpak van huiselijk geweld. In vierde plaats zijn we benieuwd hoe de minister van Biza gaat benadrukken welke maatregelen het aan het voeren was om zelfmoord te voorkomen. In de vijfde plaats zijn we benieuwd naar gezamenlijke meerjarenprogramma’s van religieuze organisaties via de ‘huisgeestelijken’. Het blijft echter pijnlijk om te mogen constateren dat een meisje dat vlot overgaat, in de 4de klas mulo school en huis verlaat voor een seksuele relatie en na martelingen, die zichtbaar waren voor buurt- en huisgenoten, zichzelf voor het 20ste levensjaar van kant maakt. De gemeenschap heeft dit niet kunnen voorkomen.

error: Kopiëren mag niet!