Surinaamse zoetwater onder druk door vervuiling en klimaatsverandering

Gisteren is wereldwijd “Wereld Waterdag” herdacht en ook in Suriname is hieraan de nodige aandacht geschonken. Water dat gedronken kan worden (zoetwater) is heel belangrijk in samenlevingen en wordt belangrijker door de klimaatsverandering. Er wordt steeds benadrukt dat Suriname in de top 10 van landen zit met de hoogst beschikbare hoeveelheid water per capita (hoofd van de bevolking) en dat komt omdat wij een kleine bevolking en ook een heel lage bevolkingsdichtheid hebben. Suriname heeft echter niet de grootste reservoirs van zoetwater; die liggen in andere landen. De zoetwatervoorraden van Suriname zijn nu bruikbaar, maar men verzwijgt dat die voorraden zwaar onder druk staan. Dat komt door vervuiling door de mijnbouw (grootschalig en kleinschalig). Verder zullen de zoetwaterreservoirs van Suriname aangetast worden door klimaatsverandering en in het bijzonder de zeespiegelstijging. Deze aantasting van het water zal Suriname uiteindelijk tot een land maken dat niet leefbaar zal zijn. De bescherming van Suriname tegen klimaatsverandering en in het bijzonder de zeespiegelstijging staat niet hoog op de Surinaamse agenda, omdat men slechts plannen maakt tot de komende verkiezingen, ook nu. Alleen als men Suriname moet beschermen dan schuift men het voor zich uit in het voordeel van het kapitaal en de mensen in Suriname die niet willen veranderen. Kijk maar naar het kwik dat in de Surinaamse bodem en het (bodem)water terecht komt. Men wil er 15 jaar over doen om kwik uit te bannen, maar wat voor schade zal er intussen zijn aangericht in Suriname? Wat zal terecht komen van het bodemwater en het Surinaamse zoetwater? Er zijn weinig instituten die opkomen ter bescherming van de bron van het Surinaamse leven, dat is het zoetwater van Suriname. Nu al merken we ook dat zoetwater verzilt raakt door de oprukkende zee. Deze ontwikkeling belemmert en bemoeilijkt het levensonderhoud van de lokale gemeenschappen die de bevolking van Suriname uitmaken. Er zijn geen champions voor het beschermen van het Surinaamse zoetwater.
Hetzelfde geldt voor het Surinaamse bos, waarover ook het halve verhaal wordt verteld. Suriname is een land met een kleine landoppervlakte en een lage graad van ontwikkeling en industrialisatie. Daardoor is een groot deel van het land bedekt met bos. Er zijn echter landen met veel meer bos dan Suriname. Suriname is niet het land met het meeste bos. Het bos wordt gekapt en het bos is niet onuitputtelijk. Er zijn Surinamers die in staat zijn om de bossen leeg te plunderen en plat te kappen. De vraag rijst of duurzame bosbouw bestaat. Er zijn critici die zeggen dat duurzame bosbouw niet bestaat en dat ondernemers in het belang van het grote kapitaal ‘duurzame ontwikkeling’ door de keel van de VN hebben geduwd en dat de VN misbruikt en gepakt is door de grote ondernemers en de banken. De VN is erin gaan geloven dat grote multinationals en banken geven om het milieu en lokale gemeenschappen in arme landen. De VN heeft het volgens de critici glad mis. Een voorbeeld is de hele opzet van ‘carbon credit’, de uitgifte van ‘carbon certificaten’ en het verhandelen van carbon credits door laagvervuilers aan de hoogvervuilers die in de rijke landen liggen. Deze willen nu geld betalen om de ruimte die landen als Suriname hebben om te vervuilen maar dat niet kunnen omdat ze geen industrie hebben, nu zelf te gebruiken door meer dan gemiddeld te blijven vervuilen. Water en bos gaan hand in hand. Ook in Suriname wordt bos omlaag gehaald, terwijl blijkt dat het toerisme in Suriname aan het groeien is. Recent is gemeld dat die groei wel te maken heeft met het ecotoerisme, het bos, de natuur, de lokale culturen en de nationale culinaire verscheidenheid. Het bos moeten wij behouden voor het toerisme en de Inheemsen van Suriname tot partner maken daarin. De Inheemsen van Suriname zijn de grootste voorvechters van behoud en bescherming van het milieu, maar hun stem wordt niet gehoord. De Surinaamse Marrons behoren daarbij de Inheemsen te ondersteunen omdat ze gemeenschappelijke overlevingsbelangen hebben, maar het blijkt dat de Inheemsen loyaler zijn naar hun identiteit dan de Marrons. De Marrons voeren hele ‘oorlogen’ uit om het milieu en hun gemeenschappen te blijven vernietigen en ten einde raad te verkasten naar een sloppenwijk in Paramaribo. Een uitkomst daarvan was het garanderen van de 15 jaren om door te blijven gaan met vervuilen. Ook verschillende milieuorganisaties zoals CIS hier hebben de vervuilers ondersteund en niet gevochten voor alternatieve middelen van bestaan en change in de gemeenschappen. Op de internationale dagen waarop de bossen en water worden herdacht benadrukken wij dat wereldwijd waterbeheer en sanitatie onder druk staan. Dit leidt onder meer tot voedseltekorten, uitputting van natuurlijke bronnen en bodemdegradatie. Die bodemdegradatie is ook te zien in de kunstmatige mono-bossen die door multinationals worden geplant. In 1992 hebben de Verenigde Naties (VN) 22 maart uitgeroepen tot Wereld Waterdag. Elk lid van de VN heeft zich gecommitteerd om deze dag te benutten voor het creëren van bewustwording bij het brede publiek en sectorpartijen over de nationale en mondiale waterproblematiek door activiteiten te organiseren die passen binnen de nationale context. Jaarlijks heeft deze dag ander thema om een aspect van de wereldwaterproblematiek te belichten. In 2018 is het thema ‘Nature for Water’.

error: Kopiëren mag niet!