Het is in zekere zin een bizarre vertoning geworden gisteren, de uitleg van de president over de sociale maatregelen die op komst zijn. De kritiek vanuit de oppositie met name de VHP was niet mals, het was hard en direct, confronterend. Dat viel niet in goede aarde bij de coalitie. Er werden woorden gebezigd als debiel en gestoord en dat zonder dat de DNA-voorzitter daar een stokje voor stak. Zij liet de beledigende opmerkingen aan het adres van de oppositie gewoon doorgaan. Zelfs de oppositie had daar geen moeite mee, zonder enige opmerking te maken liet ze alles over zich heen komen. De DNA-voorzitter is de laatste tijd steeds minder in staat gebleken om op een nette wijze de vergadering te leiden. Als het staatshoofd in de zaal is, dan is de DNA-voorzitter zichzelf niet. Zo was belachelijk de wijze waarop ze poeslief en spontaan de president bedankte voor zijn gunst om de 24 maanden salaris per jaar voor bepaalde directiefuncties terug te brengen. Het is de laatste tijd steeds duidelijker te merken dat de DNA-voorzitter haar rol in het kostbare en gevoelige debat tussen het parlement en de regering niet herkent. Het parlement ontvangt de regering tijdens de DNA-vergaderingen als gast. De integriteit van zowel de huisgenoten als de gasten moet te allen tijde goed beschermd zijn, dat is de zaak van de voorzitter. Dat de DNA-voorzitter, in plaats van te corrigeren, verdedigt waarom men ruw en onfatsoenlijk praat in DNA tegen de oppositie, is betreurenswaardig. Opmerkelijk is wel dat de regeringsleider zei dat hij op zich geen moeite had met de hoogte van de salarissen, die kunnen voor zijn part nog hoger. Er zijn desalniettemin, ook vanuit de coalitie, stemmen opgegaan in DNA om de directielonen van gesubsidieerde instituten te koppelen aan een richtnorm, zoals het loon van de president van het land etc. Een punt dat op gegeven moment opkwam in DNA is, dat terwijl de regeringsleider aangeeft dat er nog geen deal is met IMF, het instituut zelf al wereldkundig heeft gemaakt op de voor hem gebruikelijke wijze dat het een ‘staff-level agreement’ met Suriname heeft bereikt voor een lening van US$478 miljoen. Het IMF herhaalt de statement van de delegatieleider dat de IMF-missie ca 12 dagen in Suriname was. De delegatieleider heeft het over een ‘staff-level agreement’ tussen IMF en de Surinaamse autoriteiten over de sleutelelementen van een economisch programma (geen sociale programma) welke door het IMF ondersteund kan worden door een tweejaren Stand-By Arrangement (SBA) ter waarde van US$478 miljoen. Het IMF refereert aan acties die nog afgerond moeten worden door de Surinaamse overheid. Als die acties op tijd komen, dan kan het IMF (Executive Board) het voorgestelde financieringsarrangement begin mei in overweging nemen. Het IMF zegt dat de teruggevallen prijzen en Alcoa’s vertrek de economie van Suriname in een recessie hebben gestort. Het middellang termijn groeiuitzicht is volgens IMF favorable’ tegen de achtergrond van de expansie van de goudsector en de olieraffinaderij. Het IMF vindt dat de Surinaamse regering een ambitieus hervormingsprogramma heeft opgesteld om de economie te stabiliseren. Men refereert aan de begrotingen, de valutamaatregelen en een plan om de reserves op te bouwen. De staatsuitgaven zouden zijn afgenomen, evenals het begrotingstekort. IMF noemt het afschaffen van EBS-subsidies en verwijst ook naar een suppletoire begroting voor 2016 met fiscale aanpassingen. Ook wordt aangehaald de BTW per 1 januari 2018. De plannen met betrekking tot een ‘Sovereign Wealth Fund’ zijn niet duidelijk, wel dat een aanbestedingenafdeling zal worden opgezet om inefficiëntie te voorkomen en het opzetten van een moderne afdeling Thesaurie. Het IMF verwijst tegelijk ook naar technische assistentie van de Inter-American Development Bank (IDB) en andere bilaterale partijen. Terwijl het IMF de valutaveilingen als belangrijk klassificeert, zijn deze juist aan het doodbloeden. Het IMF ziet heil in de veilingen. Ondernemerschap stimulerend beleid, diversificatie en buitenlandse investeringen worden ook door het IMF genoemd via technische assistentie van het IMF, de Caribbean Development Bank, de IDB en de World Bank, die ook bezig zouden zijn om financiële steun aan Suriname toe te zeggen. Het hervormingsprogramma omvat ook punten om snel bedrijven op te zetten, het civiele recht te versnellen voor bedrijven, investeerders te beschermen, eigendommen te beschermen en toegang tot financiën te regelen. Voor de armen noemt IMF in zij statement een sociaal vangnet, iets dat doet terugdenken aan de jaren ’90, gerichte ondersteuning en meer energiekosten voor grootverbruikers. Op 22 april komt de regering met een vollediger plan in DNA. Opvallend is wel dat terwijl we minder transparant zijn nationaal, internationaal het IMF meer openheid van zaken geeft.
