Parlementariër Dew Sharman, die in het verleden ook deel heeft uitgemaakt van de vaste commissie Transport, Communicatie en Toerisme in het parlement, is zeer bezorgd over de wijze waarop het Surinaams telecombedrijf, Telesur, momenteel opereert. Telesur verhoogt per 1 juli 2017 haar tarieven. Sharman benadrukt dat hij niet tegen modernisering en innovatie is. Dat is volgens hem wel nodig. Het is voor hem ook begrijpelijk dat de investeringen die Telesur pleegt ook terug moeten worden verdiend.
“Echter vind ik dat Telesur ook aan een stukje zelfreflectie moet doen. Als je kijkt naar het dienstenpakket dat Telesur aanbiedt, is het verschil met Digicel niet veel. En dan nog zie je dat Telesur een waterhoofd heeft aan personeelsleden. Digicel doet het met enkele malen minder mensen in dienst. De kosten van Telesur zijn vanwege haar waterhoofd hoog. Zij moeten aan bijna 850 mensen salarissen betalen en secundaire voorzieningen voor hen bekostigen”, meent Sharman.
De politicus blikt ook terug naar de uitspraken van oud-vicepresident Robbert Ameerali, die het belang van toegankelijk internet vaak benadrukte. De doorsnee Surinamer zou gemakkelijk en goedkoop gebruik van moeten kunnen maken. Het verhogen van de tarieven legt volgens Sharman een beperking op in de ontwikkeling van niet alleen individuen, maar op lang termijn in de ontwikkeling van het land. “Brood moet eerst op tafel. Als mensen hun internetrekeningen niet meer kunnen betalen, zullen zij hun rekeningen afsluiten. En dan is het gebeurd”, stelt hij.
De parlementariër ziet graag dat binnen de organisatie het mes erin gezet wordt. Qua efficiëntie moet Telesur verbeteringen aanbrengen. Steeds kosten verhalen op de consument en intern geen maatregelen treffen, is voor Sharman in ieder geval geen goed ondernemerschap. Introspectie binnen Telesur is meer een noodzaak dan een gebod. “Als zij precies zo door gaan, zullen zij tarieven maar blijven verhogen. Als dit de policy blijft, zal Telesur nog meer klanten kwijt raken. De concurrentiepositie zal steeds verzwakken”, aldus Sharman.
Kavish Ganesh
