Het Comité Slachtoffers en Nabestaanden van Politiek geweld heeft dinsdag de ruim 7.300 handtekeningen verkregen door middel van de handtekeningenactie, overhandigd aan de voorzitter van De Nationale Assemblee (DNA), Jennifer Simons. Het comité heeft een handtekeningactie op touw gezet, waarin zij had gesteld ongeveer 10.000 handtekeningen te willen verzamelen ten behoeve van de ‘Wet erkenning slachtoffers politiek geweld’, om deze wet op parlementaire agenda te plaatsen. Hoewel het comité het beoogde aantal niet heeft behaald, geeft zowel voorzitter Humprey Jeroe als lid Sandew Hira aan niet ontevreden te zijn met dit aantal. De voorzitter stelt dat ter verkrijging van de handtekeningen het comité een zeer ambitieus doel heeft gesteld. Uiteindelijk zouden zij ook met 1200 handtekeningen kunnen volstaan. Het is de eerste keer in de geschiedenis dat zo’n campagne gevoerd is en het comité heeft geleerd uit de ervaringen. “De DNA-voorzitter is gevraagd om de wet te agenderen. Bij aanname van de wet kan de regering de voorgestelde maatregelen uitvoeren, zoals de formele erkenning van het begrip politiek geweld en de slachtoffers van politiek geweld, het instellen van een dag van nationale rouw, het laten verrichten van onderzoek van politiek geweld, waarbij materiele en immateriële schade in beeld wordt gebracht, het treffen van voorzieningen voor traumabegeleiding en het treffen van een regeling voor schadevergoeding voor de slachtoffers middels een fonds.
Verkrijging handtekeningen niet gemakkelijk
De omstandigheden rond het verkrijgen van de handtekeningen was niet gemakkelijk volgens de voorzitter. “Maar toch zijn we trots op deze dappere Surinamers.” Hira stelt dat het comité bij de vaststelling van het aantal handtekeningen zich niet gerealiseerd heeft hoe onrealistisch dit aantal was in Suriname. “Later toen we het geheel hebben berekend, zijn we tot de conclusie gekomen dat 1200 handtekeningen goed waren. Dit zijn de dingen die je leert om vooraf na te denken over doelen. Met de ervaringen opgedaan, weten we nu dat 7.000 handtekeningen best wel veel is en toekomstige activisten zouden kunnen leren uit deze ervaring”, aldus Hira.
De vervolgstappen na overdracht
Het comité heeft zich gecommitteerd een documentaire te maken rond de ervaringen, die de nabestaanden en slachtoffers van politiek geweld hebben meegemaakt. Het lid Hira heeft een aantal video-opnames gemaakt in het binnenland die gebruikt zullen worden. “Tevens zullen we van start gaan met het project om resten van personen die vermist zijn geraakt tijdens de oorlog op te sporen. Ook wordt beoogd herbegrafenissen te organiseren. Het comité zal vervolgens internationale steun zoeken voor het werk in Suriname, waarbij er mensenrechtenorganisaties benaderd zullen worden om relaties op te bouwen. Sommige projecten die wij zullen opstarten, zoals het onderzoek naar vermiste personen, kost heel veel geld. Vandaar dat het comité hoopt eind dit jaar naar Zuid Afrika te gaan om deel te nemen aan een internationale netwerkbijeenkomst, die door Stanley Henkeman wordt georganiseerd, en contacten te leggen voor hulpfinanciering.”
