Minister Andrew Baasaron van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie heeft een duidelijke en in Suriname opvallende lijn getrokken: ambtenaren die afkomstig zijn van een andere politieke partij worden niet vervangen, zolang zij het beleid en de doelstellingen van het ministerie ondersteunen. Daarmee is het ministerie van Economische Zaken een van de weinige departementen waar de politieke botte bijl niet direct na machtswisseling doorheen is gegaan.
Volgens een bestuurskundige is deze houding cruciaal voor goed bestuur. “Besturen is geen wraak nemen”, stelt hij. “Wanneer mensen enkel worden vervangen vanwege politieke kleur, verlies je institutioneel geheugen en vakkennis.”
In de praktijk ziet men vaak dat functies worden ingevuld om loyaliteit te belonen, niet om competentie te garanderen. Het draait dan meer om schaal en salaris dan om geschiktheid.
Het gevolg laat zich raden: mensen zonder voldoende denkvermogen of ervaring belanden op sleutelposities. “Dan stort niet meteen het beleid in, maar wel de uitvoering”, waarschuwt de bestuurskundige.
Procedures lopen vast, besluiten worden slecht voorbereid en burgers merken het direct aan trage of gebrekkige dienstverlening.
De ironie is dat de klaagzang die volgt vaak zelf gecreëerd is. Slechte prestaties roepen frustratie op bij de samenleving, en uiteindelijk zal de burgerij in verweer komen. Continuïteit, professionaliteit en deskundigheid zijn geen luxe, maar voorwaarden voor vertrouwen in de overheid.
