De aanvang van de begrotingsbehandeling 2026 door de Nationale Assemblee zal niet meer dit jaar plaatsvinden. De reden hiervan is dat de regering wijzigingen zal doorvoeren. Er komt ook een aangepaste versie van het Staatsschuldenplan 2026. Pas nadat de nota van wijziging van de Staatsbegroting 2026 en het aangepaste Staatsschuldenplan zijn ingediend, zal het parlement besluiten wanneer over wordt gegaan tot de begrotingsbehandeling.
Minister Adelien Wijnerman van Financiën en Planning heeft afgelopen maandag hierover een vergadering belegd met de vaste Parlementaire Commissie van Financiën en Planning en de Commissie Staatsuitgaven van de Nationale Assemblee.
Minister Wijnerman gaf daarbij aan, dat op basis van de resultaten van het saneringsproject dat de Belastingdienst in de afgelopen periode heeft uitgevoerd, er wijzigingen worden aangebracht bij de belastinginkomsten en dat hierover inmiddels afspraken zijn gemaakt.
Verder heeft de minister meegedeeld dat er een gesprek is gevoerd met president Jennifer Simons over aanpassingen die op de begroting zullen worden doorgevoerd. Deze aanpassingen hebben betrekking op onder andere de onderwijs-, agro- en de toerismesector. De Financiën-minister benadrukte dat er geen wijzigingen zullen plaatsvinden binnen goederen en diensten, maar vooral binnen projecten. Ook is er gekeken naar de financiering van internationale organisaties. Ook het Staatsschuldenplan zal worden aangepast.
Begrotingstekort SRD 6,3 miljard
De door de regering in oktober ingediende ontwerpbegroting voor het dienstjaar 2026 laat een bedrag van ruim SRD 54,8 miljard aan geraamde inkomsten zien, tegenover ruim SRD 61,1 miljard aan geraamde uitgaven. Het begrotingstekort komt neer op ruim SRD 6,3 miljard. Dit komt overeen met 3,5 procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP).
De aanpassing van de Ontwerpbegroting 2026 en het Staatsschuldenplan 2026 heeft vooral mede te maken met de 2 nieuwe obligatieleningen van in totaal USD 1,575 miljard die de regering recentelijk op de internationale kapitaalmarkt is aangegaan. Met deze 2 nieuwe obligaties worden de oude obligatielening die tot 2033 loopt (Oppenheimer lening) en het daarbij behorende olie gerelateerde Value Recovery Instrument (VRI) volledig afgekocht.
Vanaf het komend jaar zou de regering moeten beginnen met de schuld- en renteaflossing van deze 2033-obligatie, hetgeen een enorme druk zou leggen op de overheidsbegroting.
Financieel ademruimte
De rentebetalingen van de 2 nieuwe obligatieleningen zullen halfjaarlijks geschieden. De eerste vijf renteperioden van beide obligaties worden voorgefinancierd via een Debt Service Account, waardoor de Staat tot 2028 minder druk op de begroting heeft. Vanaf 2028 zal rentebetaling voor het 2de halfjaar van de nieuwe obligaties beginnen.
Met het volledig afkopen van de oude obligatielening en de daarbij behorende VRI heeft de regering financiele ademruimte gecreeerd, welke nu vertaald wordt in aanpassing van de ontwerpbegroting 2026 en het Staatsschuldenplan 2026.
De vrijgekomen middelen vanwege de verminderde betalingsschuldverplichtingen zullen volgens de regering worden ingezet voor sociale programma’s en investeringen voor onderwijs, gezondheidszorg en infrastructuur.
De 2 nieuwe obligaties die via Bank of America Securities (BofA Securities) zijn uitgegeven hebben lagere rentes en langere looptijden. Het gaat om een obligatie van USD 525 miljoen tegen een rente van 7,7 procent met een looptijd tot 2030 ( 2030-notes) en een andere ter waarde van USD 1,05 miljard tegen 8,5 procent rente met een looptijd tot 2035 (2035-notes).-.
