Suriname is geen land dat één cultuur draagt — het is een land dat vele culturen draagt, en daarin schuilt precies haar grootste kracht. Van de inheemse volkeren tot de nakomelingen van tot slaaf gemaakte Afrikanen, van de Hindoestaanse en Javaanse contractarbeiders tot de Chinese en Libanese handelaren: elke groep bracht een stukje van zichzelf mee, en samen vormden ze iets unieks. Iets dat nergens anders op de wereld bestaat.
We noemen het vaak “mozaïek”, maar eigenlijk is het meer dan dat. Een mozaïek heeft vaste steentjes. Suriname heeft levende verhalen. Elke generatie voegt iets toe: nieuwe muziek, nieuwe smaken, nieuwe tradities en nieuwe manieren om samen te leven. Geen enkele cultuur overheerst — en juist daarom voelt iedere cultuur zich gezien.
De Surinaamse identiteit is geen compromis maar een creatie. Een resultaat van leren delen, leren luisteren en soms ook leren toegeven. Het is het vermogen om Diwali te vieren zonder het gevoel te hebben dat Owru Yari minder belangrijk is, om pagara’s te ontsteken naast kerstlichtjes, om masala en saoto op dezelfde tafel te zetten zonder discussie wie “grootste recht” heeft.
En ja, er zijn uitdagingen. Soms wrijft het, soms schuurt het. Maar telkens weer kiezen Surinamers voor samen. Dat maakt ons geen verzameling groepen, maar één volk met vele kleuren — een land dat juist door verschillen sterker staat dan ooit.