De politiek van de buskaart

De verkiezingen zijn voorbij, maar sommige verliezers lijken nog steeds hun stem te zoeken – letterlijk. Terwijl president Jennifer Simons rustig het land bestuurt, zitten elders een paar zelfverklaarde denkers met een microfoon in de hand en een handvol stemmen in de zak.

Neem de VLS (Volkspartij Leefbaar Suriname). Met 339 stemmen op de teller – net genoeg voor een groepsreisje met de SLM – meent de partijleider dat hij kan bepalen wie geschikt is om de VHP te leiden. De logica is fascinerend: hoe kleiner je partij, hoe groter je mond.

En dan is er Aniel Koendjbiharie  van de OPTSU (Optie Suriname). Met 50 stemmen – vermoedelijk familie, buren en de hond – vindt ook hij dat Chan Santokhi niet geschikt is als partijleider. Misschien dacht hij dat elke stem gelijkstaat aan een opinierecht.

In de politiek geldt echter een simpele regel: wie niet door het volk gehoord wordt, moet misschien eerst leren luisteren. Tot dan blijft het bij echo’s van verloren illusies

error: Kopiëren mag niet!