Staat koopt eigen zand terug

Het klinkt bijna absurd: Suriname betaalt tegenwoordig miljoenen voor zand en klei die ooit gewoon van de staat zelf waren. Het land koopt letterlijk zijn eigen bodem terug – grond die generaties lang als gemeenschappelijk bezit gold.

Eeuwenlang was alle grond in Suriname eigendom van de staat. Burgers en bedrijven kregen het in gebruik, maar het bleef van het volk. Ook zandputten en kleigebieden hoorden daarbij. 

Tegenwoordig zijn veel van die locaties echter in handen van particuliere ondernemers met vergunningen. Zij winnen zand en verkopen dat aan de overheid voor weg- en dijkherstel. Een wrang gegeven: de staat betaalt nu fors voor materiaal dat oorspronkelijk van haarzelf was. Vooral in districten als Nickerie en Coronie, waar de wegen dringend onderhoud vergen, drijft dit de kosten op en vertraagt het projecten.

De oplossing lijkt eenvoudig maar vraagt durf: laat de staat opnieuw haar eigen zand- en kleiputten beheren. Door zelfwinning en centrale opslag bespaart de overheid miljoenen, kunnen wegen sneller worden hersteld en blijft de winst binnenlands. 

Suriname moet letterlijk weer bouwen op zijn eigen grond — voor zijn eigen mensen.

error: Kopiëren mag niet!