Tijdens zijn ontmoeting met vicepresident Gregory Rusland heeft de Nederlandse ambassadeur Walter Oostelbos benadrukt dat Suriname “aan zet is” in het traject naar visumvrij reizen met de Europese Unie. Volgens immigratie-expert dr. Johan van Aalst is dat echter een diplomatiek beleefdheidsgebaar. “De EU bestaat uit zevenentwintig landen, en de politieke realiteit is dat juist nu meerdere lidstaten steeds meer naar rechts opschuiven. Zij zien migratie als bedreiging, niet als kans.”
Volgens Van Aalst is het “onrealistisch” te geloven dat Suriname op korte termijn kans maakt. Zelfs als alle technische eisen, zoals een biometrisch paspoort, zouden zijn vervuld, blijft het oordeel politiek. “In landen als Italië, Oostenrijk en Frankrijk is de druk groot om grenzen verder te sluiten. In Nederland zelf winnen partijen die fel tegen immigratie zijn terrein. Het klimaat is ronduit vijandig voor visumvrije akkoorden met landen buiten Europa.”
Daar komt bij dat Suriname internationaal te kampen heeft met negatieve ratings op het gebied van mensen- en drugssmokkel. Volgens het US State Department Trafficking in Persons Report behoort Suriname tot de landen die nog onvoldoende optreden tegen mensensmokkel en drugstransport. “Zolang dit stigma niet wordt doorbroken, zal Brussel – en met name lidstaten als Duitsland en Nederland – nooit akkoord gaan,” aldus Van Aalst.
Toch blijven Surinaamse politici het volk hoop geven. “Dat is misleidend,” zegt de expert. “Zij schetsen een toekomst van vrij reizen, maar weten dat Suriname nog lang niet voldoet aan de EU-criteria. Feitelijk sturen ze hun eigen bevolking een droom in, net zoals Rusland nu door Nederland de diplomatieke woestijn is ingestuurd.”