Sarah Mullally wordt als eerste vrouw ooit aangesteld als aartsbisschop van Canterbury. In die rol is de voormalige verpleegkundige ook de leider van de Anglicaanse kerk, die wereldwijd 85 miljoen volgelingen heeft.
De 63-jarige Mullally wordt de 106e aartsbisschop van Canterbury. Het gaat om de belangrijkste religieuze rol in het Verenigd Koninkrijk. Sinds hervormingen elf jaar geleden is het voor een vrouw mogelijk om die functie te bekleden. De Britse wordt in januari formeel aangesteld.
Eerder was Mullally al bisschop van Londen. Ook daar was ze de eerste vrouw in die rol. Voor ze in 2006 priester werd, werkte Mullally als verpleegkundige. In die hoedanigheid werd ze Chief Nursing Officer, de belangrijkste adviseur van de Britse overheid op het gebied van verpleegkunde. “Er zijn grote overeenkomsten tussen verpleegkunde en priester zijn”, zei Mullally eerder in een interview. “Het draait allemaal om mensen, en om naast mensen zitten op de moeilijkste momenten in hun leven.”
Als hoofd van de Anglicaanse kerk reikt de invloed van Mullally tot ver buiten het Verenigd Koninkrijk. Veel anglicanen leven tegenwoordig in Afrikaanse landen als Nigeria, Kenia en Oeganda. Gelovigen daar zijn doorgaans wat traditioneler.
De vorige aartsbisschop van Canterbury, Justin Welby, moest in november vorig jaar aftreden na een schandaal over kindermisbruik. Volgens een onderzoek was Welby ervan op de hoogte dat iemand binnen de kerk kinderen had misbruikt, maar liet hij het na dat aan de autoriteiten te melden.