PAHO’s steun aan Suriname: Automatisme of Verworvenheid?

Tijdens de VN Algemene Vergadering-week in New York kreeg president Jennifer Simons de toezegging van PAHO-directeur Jarbas Barbosa dat de Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie de nationale gezondheidsagenda van Suriname volledig zal ondersteunen. Hoewel dit in regeringscommunicatie wordt gepresenteerd als een diplomatieke overwinning, plaatsen experts daar kanttekeningen bij.

Historische context

De PAHO (Pan American Health Organization) is opgericht in 1902 en geldt als de oudste internationale gezondheidsorganisatie ter wereld. Zij fungeert sinds 1949 als de regionale vertegenwoordiger van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voor de Amerika’s. Haar doelstelling is helder: het verbeteren van de gezondheid en levensstandaard in alle lidstaten van Noord-, Midden- en Zuid-Amerika, inclusief het Caribisch gebied.

Verplichte steun of keuze?

Volgens gezondheidsjurist dr. R. Mahabier is de steun die Barbosa uitte geen gunst, maar een bevestiging van Suriname’s recht als volwaardig lid van de WHO en PAHO. “PAHO kan een land géén basissteun weigeren. Het hoort bij haar mandaat om gezondheidsstelsels te versterken, epidemiologische crises te monitoren en lidstaten te ondersteunen bij nationale agenda’s. Alleen in gevallen van ernstige politieke sancties of een schorsing door de Verenigde Naties zou ondersteuning formeel opgeschort kunnen worden, maar dat is uitzonderlijk.”

Expert

De regering kan deze toezegging dus moeilijk claimen als een diplomatieke prestatie. Wat Barbosa deed, was eerder een herbevestiging van institutionele plicht. Voor Suriname ligt de echte uitdaging niet in het verkrijgen van steun, maar in het effectief benutten van de middelen, het vertalen van adviezen in concrete hervormingen en het waarborgen van continuïteit in de gezondheidszorg.

De steun van PAHO is belangrijk, maar het succes hangt niet af van de belofte zelf, wél van Suriname’s capaciteit om deze structureel te verzilveren.

error: Kopiëren mag niet!