Drama van herinnering en hoop

De aankondiging dat de Nederlandse premier Dick Schoof aanwezig zal zijn bij de viering van 50 jaar onafhankelijkheid van Suriname roept emoties op die moeilijk in één woord te vatten zijn. Voor velen is het een drama van herinnering en hoop tegelijk. Suriname draagt het litteken van een koloniaal verleden, waarin ongelijkheid, uitbuiting en migratie diepe sporen nalieten. 

Toch is er óók een band die generaties verbindt: familie, taal, onderwijs en cultuur. Het is precies deze haat-liefdeverhouding die telkens terugkomt wanneer Nederland en Suriname elkaar weer in de ogen kijken.

Maar er wringt iets. Schoof is demissionair premier, een leider zonder mandaat voor de lange termijn. Wat is het nut van zijn aanwezigheid? Is het symboliek, een vorm van beleefdheid, of een poging om de banden warm te houden zonder concrete verplichtingen? Voor Surinamers kan het overkomen als een rituele handdruk: belangrijk voor de foto, minder voor de toekomst.

Toch ligt de waarde misschien juist in dat gebaar. Niet alles draait om beleidsdocumenten of verdragen. Soms is het erkennen van de gezamenlijke geschiedenis, met al haar pijn en belofte, op zichzelf betekenisvol. Schoof staat daarmee symbool voor een ongemakkelijk, maar noodzakelijk gesprek dat beide landen nooit écht hebben afgerond.

error: Kopiëren mag niet!