Terwijl de internationale gemeenschap haast maakt met de Multinational Security Support Mission (MSS) in Haïti, blijft Suriname voorzichtig. Vooralsnog is geen financiële bijdrage gestort in het VN-fonds ter ondersteuning van de door Kenia geleide multinationale veiligheidsmissie in Haïti, en evenmin militairen uitgezonden. De kwestie staat symbool voor de bredere spanning tussen internationale verwachtingen en binnenlandse beperkingen.
Minister Mathoera’s rol
Onder de vorige regering van president Chandrikapersad Santokhi speelde minister van Defensie Krishna Mathoera een centrale rol in de voorbereiding van Suriname’s mogelijke inzet. Zij voerde gesprekken binnen Caricom en met de Verenigde Naties, en gaf aan dat Suriname bereid was een beperkte militaire bijdrage te leveren.
“Onze mensen moeten goed getraind en uitgerust zijn, anders heeft het geen zin”, benadrukte ze in verschillende interviews. Mathoera koppelde de inzet aan zowel operationele veiligheid als politieke geloofwaardigheid van Suriname in de regio.
Toch bleef de uitvoering uit. Suriname kampte met begrotingsdruk, logistieke uitdagingen en de vraag of deelname meer symbolisch dan effectief zou zijn. Dat verklaart mede waarom er tot vandaag geen storting in het VN-fonds plaatsvond.
Nieuwe regering, nieuwe keuzes
Met de machtsovername door president Jennifer Simons en vicepresident Gregory Rusland is de toon verschoven. De nieuwe coalitie benadrukt dat Suriname internationale solidariteit hoog in het vaandel draagt, maar dat nationale belangen en budgettaire discipline leidend blijven. Binnen de transitie zijn de defensie- en buitenlandportefeuilles opnieuw bekeken.
Het is nog onduidelijk of de nieuwe minister van Defensie dezelfde prioriteit zal geven aan de Haïti-missie als Mathoera deed. Diplomatieke bronnen bevestigen dat Suriname “aan tafel blijft” bij Caricom-overleggen en in VN-fora, maar dat men terughoudend is om harde toezeggingen te doen. De nieuwe regering wil eerst zicht hebben op de effectiviteit van de missie, die geleid wordt door Kenia maar kampt met serieuze tekorten aan manschappen, materieel en financiering.
Balans tussen solidariteit en realiteit
Voor Suriname ligt de uitdaging in het vinden van balans: enerzijds de druk vanuit de regio en de internationale gemeenschap om verantwoordelijkheid te nemen, anderzijds de noodzaak om spaarzaam met eigen middelen om te gaan.
De komende maanden zal blijken of Paramaribo onder de nieuwe regering daadwerkelijk militairen of middelen naar Haïti stuurt, of dat de bijdrage voorlopig beperkt blijft tot diplomatieke steun. Wat vaststaat, is dat Haiti’s crisis nog lang niet voorbij is. En daarmee blijft ook de vraag onbeantwoord welke rol een klein maar strategisch Caribisch land als Suriname daadwerkelijk kan en wil spelen.