Suriname zoekt profiel via genderagenda in de VN

De toespraak van president Jennifer Geerlings-Simons tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties markeert een symbolisch moment.

Als eerste vrouwelijke president van Suriname presenteerde zij gendergelijkheid als moreel kompas én diplomatiek uithangbord. Daarmee positioneert Suriname zich op een terrein dat in multilaterale fora breed wordt gedragen: de Beijing Declaration en de Duurzame Ontwikkelingsdoelen.

De keuze om sociale media en STEM-onderwijs te benadrukken, toont een frisse aansluiting bij actuele VN-discussies. 

Toch bleef de interventie vooral nationaal-reflectief: de Surinaamse inzet werd niet expliciet verbonden aan regionale of mondiale coalities. In een arena waar kleine staten vaak gewicht zoeken via partnerschappen en concrete toezeggingen, is dat een gemiste kans.

Diplomatiek gezien vergroot de toespraak Suriname’s zichtbaarheid, maar vooral als inspirerende stem, minder als beleidsbepaler. Wil het land meer invloed claimen, dan zal het zijn genderagenda moeten koppelen aan bredere thema’s als klimaat, digitale veiligheid en inclusieve ontwikkeling, én concrete initiatieven moeten inbrengen. Alleen zo kan Suriname zich ontwikkelen van moreel getuige tot actieve agenda­setter binnen de VN.

Joyce Cintha Perto

error: Kopiëren mag niet!