De pensioengerechtigde leeftijd is 60 jaar. Deze grens is wettelijk bepaald in de Ambtenarenpensioenwet en de Personeelswet, maar de maatschappelijke realiteit laat zien dat de discussie over het optrekken van die leeftijd steeds urgenter wordt.
Veel mensen voelen zich op hun zestigste nog vitaal genoeg om door te werken en willen hun kennis en ervaring blijven inzetten. Vooral in sectoren waar er tekorten zijn, zoals in het onderwijs zou dit een waardevolle bijdrage kunnen leveren. Het inzetten van gepensioneerde leerkrachten is daarvan een goed voorbeeld.
Het aanpassen van de wet is hierbij onvermijdelijk. Personen die na hun zestigste in dienst treden of weer in dienst komen, zullen volgens de geldende arbeids- en salarisregelingen moeten worden betaald. Dit vraagt om een structureel plan van de overheid: Hoeveel mensen na hun pensioengerechtigde leeftijd doorwerken en hoe dit zal worden betaald is een andere vraag die zich opwerpt. Transparantie en zorgvuldige planning zijn hierbij noodzakelijk.
Er dient ook gekeken te worden naar de ongelijkheid. Bepaalde aan de politiek gelieerde beroepsgroepen zoals ex- politici, honderden beleidsadviseurs, ambassadeurs en vele andere personen met geschapen functies gaan vaak door tot ver na hun zestigste of zeventigste. Dit wordt al dan niet bij wet, resolutie of beschikking geregeld, terwijl de gewone ambtenaar verplicht moet stoppen. Dat schept wrevel en roept vragen op over een gelijke behandeling.
Een vergelijking met Europa laat zien dat veel landen de pensioengerechtigde leeftijd al hebben verhoogd naar 65 of zelfs 70 jaar, omdat de levensverwachting stijgt en de mens gemiddeld steeds ouder wordt. Suriname kan niet achterblijven.
Een flexibele pensioenleeftijd, waarbij men na 60 jaar kan stoppen of de keuze heeft om door te gaan, biedt de meeste voordelen. Het doet recht aan de wens van vele vitale ouderen om hun bijdrage te blijven leveren. Werkgevers en werknemers moeten hierover afspraken maken.
Daarnaast hoeven gepensioneerden niet te wachten op de overheid. Velen kunnen hun talenten en competenties inzetten als zelfstandige ondernemer, bijvoorbeeld door een kleine winkel of verkoopstand, cateringbedrijf, oppashuis of adviesbureau te starten. Ook online aan de slag gaan biedt kansen, van het geven van bijlessen tot digitale administratie of creatieve diensten.
Er is dus keuze genoeg; doorwerken in loondienst bij de overheid, zelfstandig ondernemen of een combinatie van beiden.
