Het lijkt wel een absurd toneelstuk op onze wegen. De minister roept: “Elektrische fietsen mogen niet!” Het Korps Politie Suriname bromt: “Mag óók niet!” Maar de burger stapt onbekommerd op zijn brommende e-fiets, want ach – wie houdt hem tegen? De onfatsoenlijke weggebruiker weet dat er geen gezag is, geen controle, hooguit een verdwaalde fluitje-blazer bij een kruispunt die net zo machteloos staat te zwaaien als een vlag zonder mast.

Intussen kijkt de president naar dossiers en besluit: prioriteit is… een oude foto van een gewezen president op de ambassade in Den Haag. Want ja, niets zo levensbedreigend als een verkeerd portret aan de muur.
Terwijl asfalt smelt, brommers scheuren en elektrische fietsen dansen tussen vrachtwagens, gaat de hoogste leiding druk in de weer met symboliek en protocol.
En wanneer er straks iemand onder een wiel belandt? Dan schuiven we de zwarte piet door. Niemand pakt verantwoordelijkheid, iedereen wijst naar elkaar, en de slachtoffers verdwijnen in statistieken. Zo blijft de chaos ons nationale vervoersplan. A no mie.