Vrouwelijke leiders in Zuid-Amerika en het Caribisch gebied

Vrouwelijke presidenten en premiers zijn nog altijd uitzonderingen in de politiek, maar in Zuid-Amerika en het Caribisch gebied hebben diverse vrouwen geschiedenis geschreven als regeringsleider.

Hieronder een overzicht van zowel huidige als voormalige vrouwelijke presidenten en premiers in deze regio’s, inclusief hun leeftijd bij aantreden, het jaar van aantreden, hun loopbaan en huidige status.

Ter vergelijking: in Suriname is Jennifer Geerlings-Simons, op 71-jarige leeftijd, recent verkozen tot de eerste vrouwelijke president van dat land.

Suriname: Jennifer Geerlings-Simons (President, 2025–heden)

Jennifer Geerlings-Simons is in juli  2025 door De Nationale Assemblée verkozen tot de eerste vrouwelijke president van Suriname. Zij is  71 jaar oud bij haar aantreden als president. Simons is arts van beroep en was eerder jarenlang voorzitter van het parlement.

Ze neemt het hoogste ambt op zich in een periode van politieke coalitievorming en economische verwachtingen (met name door een op handen zijnde olie-industrie).

Als kersvers staatshoofd is zij nog actief in de politiek en benadrukte ze bij haar benoeming haar inzet om haar “kennis, kracht en inzicht” ten dienste te stellen van alle Surinamers.

Argentinië: Isabel Perón (Presidente, 1974–1976) en Cristina Fernández de Kirchner (Presidente, 2007–2015)

Isabel Perón – María Estela “Isabel” Martínez de Perón werd in 1974 op 43-jarige leeftijd presidente van Argentinië, als eerste vrouw ter wereld in die rol.

 Zij volgde haar overleden echtgenoot Juan Perón op en was daarmee de eerste vrouwelijke president in de westerse hemisfeer.

Isabel Perón, vroeger danseres en Juan Peróns derde echtgenote, kon echter de economische en politieke crises niet bedwingen en werd in 1976 door een militaire coup afgezet. Na haar afzetting leefde zij teruggetrokken in Spanje; zij bleef na 1976 politiek niet meer actief.

Cristina Fernández de Kirchner – Cristina Fernández trad aan in 2007 (op 54-jarige leeftijd) als de eerste democratisch verkozen vrouwelijke president van Argentinië.

Als ervaren politica – advocaat en voormalig senator – volgde zij haar echtgenoot Néstor Kirchner op, maar op basis van een eigen verkiezingsmandaat. Haar presidentschap (2007–2015) stond in het teken van hervormingen en economische uitdagingen, en ze werd geconfronteerd met meerdere gerechtelijke onderzoeken naar corruptie.

Na haar ambtsperiode bleef Fernández politiek actief: sinds 2019 is zij vice-president van Argentinië, ondanks een veroordeling voor fraude tijdens haar termijn Ze is dus nog steeds politiek actief aan het hoogste niveau.

Bolivia: Lidia Gueiler Tejada (Presidente, 1979–1980) en Jeanine Áñez (Presidente, 2019–2020)

Lidia Gueiler Tejada – Lidia Gueiler werd in november 1979 interim-presidene van Bolivia op 58-jarige leeftijd

Ze was daarmee de tweede vrouwelijke president ooit in Latijns-Amerika na Isabel Perón. Gueiler was een ervaren politica en voorzitter van het parlement toen een militaire coupleider moest wijken; zij volgde volgens de grondwettelijke lijn van opvolging

Ze leidde Bolivia circa acht maanden in een overgangsperiode en riep verkiezingen uit, maar werd in juli 1980 zelf afgezet door een nieuwe militaire coup. Na haar afzetting ging Gueiler in ballingschap; later keerde ze terug als diplomate. Ze trok zich uiteindelijk uit de actieve politiek terug en overleed in 2011.

Jeanine Áñez – Jeanine Áñez was een Boliviaanse senator die in november 2019, op 52-jarige leeftijd, interim-presidente werd na het vertrek van Evo Morales.

Als tweede voorzitter van de Senaat nam Áñez de leiding in een tumultueuze crisis en werd zo de tweede vrouwelijke president in de geschiedenis van Bolivia. Haar interim-regering (2019–2020) bereidde nieuwe verkiezingen voor, maar haar termijn werd overschaduwd door politieke polarisatie en geweld.

Na de machtsoverdracht in 2020 werd Áñez zelf gearresteerd en in 2022 veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf wegens haar rol in wat de opvolgers als een “staatsgreep” beschouwen.

Ze is momenteel niet politiek actief, aangezien zij haar gevangenisstraf uitzit.

Brazilië: Dilma Rousseff (Presidente, 2011–2016)

Dilma Rousseff werd op 1 januari 2011 beëdigd als presidente van Brazilië, waarmee ze op 63-jarige leeftijd de eerste vrouwelijke president van het land werd.

Rousseff, een econoom en voormalig verzetsstrijdster tegen de militaire dictatuur, had voordien als minister en stafchef onder president Lula da Silva gediend. Als president (2011–2016) stond zij bekend om haar no-nonsense bestuursstijl en beloofde ze economische stabiliteit, armoedebestrijding en gelijke kansen voor vrouwen.

Haar tweede ambtstermijn werd echter voortijdig beëindigd: in 2016 werd Rousseff afgezet na een controversiële impeachmentprocedure wegens begrotingsonregelmatigheden.

Nadien bleef zij actief op het internationale toneel; sinds 2023 is Dilma Rousseff voorzitter van de New Development Bank (BRICS-ontwikkelingsbank) In de binnenlandse politiek van Brazilië bekleedt zij geen gekozen functie meer, maar als internationaal bestuurder en partijveteraan blijft ze een invloedrijke stem.

Chili: Michelle Bachelet (Presidente, 2006–2010; 2014–2018)

Michelle Bachelet was de eerste vrouwelijke president van Chili, voor het eerst aangetreden in 2006 op 54-jarige leeftijd.

Bachelet is een kinderarts en mensenrechtenverdediger die tijdens de dictatuur van Pinochet zelf in ballingschap en gevangenschap heeft geleefd. In haar eerste termijn (2006–2010) voerde ze sociaal beleid in en loodste Chili relatief stabiel door de mondiale financiële crisis van 2008.

Na enkele jaren als hoofd van UN Women (de VN-organisatie voor gendergelijkheid) keerde Bachelet terug voor een tweede presidentiële termijn (2014–2018).

Na 2018 bleef haar loopbaan indrukwekkend: ze diende van 2018 tot 2022 als Hoge Commissaris voor de Mensenrechten bij de Verenigde Naties

Tegenwoordig heeft Bachelet zich uit de partijpolitiek teruggetrokken; ze geldt als een gerespecteerd staatsvrouw, maar bekleedt momenteel geen politieke functie in Chili.

Ecuador: Rosalía Arteaga (President, 1997)

Rosalía Arteaga schreef in februari 1997 geschiedenis als eerste vrouwelijke president van Ecuador – al was het maar voor twee dagen.

Arteaga, een juriste en voormalig vicepresidente, was 40 jaar oud toen ze het presidentschap opeiste nadat president Abdalá Bucaram door het parlement was afgezet wegens wanbestuur.

In een chaotische constitutionele crisis werd Arteaga korte tijd beëdigd tot staatshoofd, voordat het Congres de grondwet wijzigde en alsnog een andere interim-president (Fabián Alarcón) installeerde.

Haar regering duurde daardoor slechts van 9 tot 11 februari 1997. Na deze episode verliet Arteaga de frontlinie van de politiek. Ze bleef actief in internationale organisaties en educatieve projecten – zo was ze secretaris-generaal van de Amazonecoöperatie en betrokken bij ontwikkelingsinitiatieven.

Tegenwoordig is zij niet meer politiek actief in Ecuador, maar zet ze zich op maatschappelijk vlak nog in als bestuurder en auteur.

Guyana: Janet Jagan (Premier 1997; Presidente, 1997–1999)

Janet Jagan werd in december 1997, op 77-jarige leeftijd, de eerste vrouwelijke president van Guyana.

Eerder dat jaar had zij al kort gediend als premier na het overlijden van haar echtgenoot, president Cheddi Jagan. Janet Jagan, geboren in Chicago (VS), was medeoprichter van de Guyanese Volksprogressieve Partij en daarmee een sleutelpersoon in Guyana’s strijd voor onafhankelijkheid.

In 1997 leidde ze haar partij naar de verkiezingswinst, waarmee ze ook de eerste gekozen vrouwelijke president werd van heel Zuid-Amerika.

Ondanks zorgen over haar hoge leeftijd en haar afkomst wist Jagan het vertrouwen van de kiezers te winnen

Ze beloofde de politieke stabiliteit te bewaren en bereid te zijn tot vervroegde verkiezingen om nationale rust te herstellen.

In 1999 trad Janet Jagan om gezondheidsredenen voortijdig af; haar opvolger werd Bharrat Jagdeo

Daarna trok zij zich terug uit de politiek. Janet Jagan overleed in 2009 en bleef tot aan haar dood een gerespecteerd symbool van Guyana’s politieke geschiedenis.

Peru: Dina Boluarte (Presidente, 2022–heden)

Dina Boluarte is de huidige presidente van Peru en tevens de eerste vrouwelijke die dit ambt bekleedt

Ze was 60 jaar oud toen zij op 7 december 2022 werd beëdigd, na de afzetting van haar voorganger Pedro Castillo tijdens een politieke crisis.

Boluarte is juriste en vervulde onder Castillo het vicepresidentschap en het ministerschap van Ontwikkeling en Inclusie. Als presidente heeft zij de zware taak om Peru te stabiliseren na een periode van onrust en protesten, en zij riep al vroeg op tot dialoog en de strijd tegen corruptie “als een kanker die moet worden uitgeroeid”.

Haar termijn loopt formeel tot 2026, en hoewel ze te maken heeft met aanhoudende demonstraties, is Boluarte nog steeds actief aan de macht en probeert ze hervormingen door te voeren. Zij is voornemens het land naar nieuwe verkiezingen te leiden indien nodig, en blijft tot op heden in functie als staatshoofd.

Caribisch gebied

Dominica: Dame Mary Eugenia Charles (Premier, 1980–1995)

Eugenia Charles – bijgenaamd de “Iron Lady of the Caribbean” – was de eerste vrouwelijke premier in het Caribisch gebied.

Ze trad aan in Dominica in juli 1980, op 61-jarige leeftijd, kort na de onafhankelijkheid van het land. Charles, van beroep juriste, was al de eerste vrouwelijke advocaat van Dominica en leidde de Dominica Freedom Party. Als premier bekleedde ze het ambt 15 jaar lang (tot 1995).

In die periode voerde ze een streng anti-corruptiebeleid, stimuleerde ze economische ontwikkeling en ondersteunde ze regionale veiligheid – zo stond ze in 1983 schouder aan schouder met de VS bij de militaire interventie in Grenada.

Charles won drie verkiezingen op rij (1980, 1985, 1990) en gaf Dominica politiek stabiliteit. In 1995 ging ze met pensioen en keerde terug naar haar advocatenpraktijk.

Ze bleef nadien buiten de actieve politiek. Dame Eugenia Charles overleed in 2005, maar geldt nog steeds als pionier voor vrouwelijke politieke leiders in het Caribisch gebied.

Jamaica: Portia Simpson-Miller (Premier, 2006–2007; 2012–2016)

Portia Simpson-Miller is de eerste en tot nu toe enige vrouwelijke premier van Jamaica.

 Ze kwam in maart 2006 aan de macht, 60 jaar oud, toen ze de interne leiderschapsverkiezing van de regerende People’s National Party (PNP) won en premier P.J. Patterson opvolgde.

Simpson-Miller – liefkozend “Sista P” genoemd – had een lange staat van dienst als parlementslid en minister (onder andere van Werkgelegenheid, Sport en Lokale Overheid) voordat ze het hoogste ambt bekleedde.

In haar eerste termijn initieerde ze sociale programma’s, zoals het afschaffen van zorgkosten voor kinderen, en stimuleerde ze huisvesting voor starters Na een nipte verkiezingsnederlaag in 2007 werd ze oppositieleider, maar in december 2011 keerde Simpson-Miller terug met een ruime verkiezingsoverwinning.

Haar tweede termijn (2012–2016) stond in het teken van regionale integratie en economisch herstel; onder haar leiding werden bijvoorbeeld kleine hoeveelheden cannabis gedecriminaliseerd in 2015.

In februari 2016 verloor haar partij wederom de verkiezingen, en in 2017 trad Simpson-Miller terug als PNP-partijleider en verliet ze het parlement.

Sindsdien is zij met pensioen en niet langer politiek actief, hoewel haar nalatenschap als Jamaica’s eerste vrouwelijke leider blijvend is.

Trinidad en Tobago: Kamla Persad-Bissessar (Premier, 2010–2015) en Paula-Mae Weekes (President, 2018–2023)

Kamla Persad-Bissessar – In mei 2010 werd Kamla Persad-Bissessar de eerste vrouwelijke premier van Trinidad en Tobago, op 58-jarige leeftijd.

Ze leidde als voorzitter van de Verenigde Nationale Congres (UNC) een coalitie (“People’s Partnership”) naar een verkiezingsoverwinning op zittend premier Patrick Manning.

Persad-Bissessar, een juriste, had eerder geschiedenis geschreven als eerste vrouwelijke procureur-generaal van het land. Als premier voerde ze beleid om criminaliteit aan te pakken en investeerde ze in onderwijs en sociale voorzieningen in de olie- en gasrijke eilandstaat.

Haar ambtsperiode duurde tot 2015, toen haar partij de verkiezingen verloor. Kamla Persad-Bissessar was sindsdien oppositieleider in het parlement en was daarmee nog steeds politiek actief. In 2025 won haar partij UNC de verkiezingen en werd ze wederom premier van Trinidad en Tobago.

Paula-Mae Weekes werd in 2018 beëdigd als presidente  van Trinidad en Tobago en was daarmee, op 59-jarige leeftijd, de eerste vrouw in dat ceremoniële ambt.

Weekes bracht een carrière van decennia mee als jurist: ze diende als openbaar aanklager en werkte zich op tot rechter bij het Hof van Beroep. In januari 2018 werd zij bij consensus door regering en oppositie voorgedragen en als enige kandidaat verkozen door het parlement.

Ze trad aan op 19 maart 2018 en bleef vijf jaar presidente. Tijdens haar ambtstermijn gaf Weekes invulling aan een onafhankelijke en verbindende rol in een periode met zorgen over misdaad en economische uitdagingen.

In 2023 liep haar termijn af; Trinidad en Tobago koos toen een nieuwe president. Paula-Mae Weekes heeft zich na afloop van haar presidentschap teruggetrokken uit de politiek en publieke dienst. Met haar presidentschap markeerde zij wel een belangrijke mijlpaal: ten tijde van haar inauguratie was Trinidad en Tobago het enige land in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied met een vrouw als staatshoofd.

Barbados: Mia Mottley (Premier, 2018–heden) en Dame Sandra Mason (President, 2021–heden)

Mia Mottley – Mia Amor Mottley is sinds 25 mei 2018 de eerste vrouwelijke premier van Barbados.

 Ze was 52 jaar bij haar aantreden en leidde haar Barbados Labour Party naar een historische verkiezingsoverwinning waarbij alle parlementszetels door haar partij werden gewonnen. Mottley, een advocaat uit een vooraanstaande familie, had al een lange politieke loopbaan (onder andere als minister van Financiën) voordat zij het hoogste ambt bekleedde

Onder haar leiding heeft Barbados ingrijpende veranderingen doorgemaakt. Zo speelde Mottley een cruciale rol in de transitie van Barbados naar een republiek: eind 2021 schafte het land de staatsrechtelijke band met de Britse Kroon af. Haar regering verzilverde dit “seminale moment” door de inauguratie van een eigen president in plaats van de Britse monarch als staatshoofd.

Internationaal heeft Mia Mottley naam gemaakt als voorvechter van de belangen van kleine eilandstaten, met name op het gebied van klimaatverandering en schuldenverlichting. Ze is anno 2025 nog steeds in functie en zeer actief op zowel nationaal als internationaal podium.

Dame Sandra Mason – Sandra Mason is de eerste presidente van Barbados, een functie die zij sinds 30 november 2021 bekleedt.

Voorheen was Mason gouverneur-generaal (de vertegenwoordiger van de Britse Kroon), maar toen Barbados in 2021 de republiek-status aannam, werd zij door het parlement gekozen tot president als ceremonieel staatshoofd.

Mason was 72 jaar oud bij haar aantreden als president Ze is een ervaren juriste en was in 1980 de eerste vrouwelijke rechter in het Hof van Beroep van Barbados. Haar benoeming tot president markeerde het symbolische afscheid van de koloniale banden en werd alom geprezen als een stap richting volledig zelfbestuur. Premier Mia Mottley prees Mason destijds als “een vrouw die uniek en hartstochtelijk Barbadiaans is”.

Dame Sandra Mason vervult haar rol als president nog steeds (in 2025) en draagt bij aan nationale eenheid, hoewel de uitvoerende macht primair bij de premier blijft.

Haïti: Ertha Pascal-Trouillot (President, 1990–1991)

Ertha Pascal-Trouillot was in 1990 de eerste vrouwelijke president van Haïti.

Zij, een rechter bij het Hooggerechtshof, werd op 13 maart 1990 als interim-presidente geïnstalleerd om vrije verkiezingen te organiseren na een periode van militaire heerschappij. Pascal-Trouillot was 42 jaar oud toen ze deze verantwoordelijkheid op zich nam.

Ze leidde Haïti elf maanden lang tijdens een kwetsbare overgangsfase. In die tijd slaagde ze erin presidentiële verkiezingen uit te schrijven en vreedzaam te laten verlopen – een primeur voor Haïti – wat resulteerde in de democratische verkiezing van Jean-Bertrand Aristide eind 1990.

In februari 1991 droeg Pascal-Trouillot de macht over aan Aristide, zoals beloofd. Daarna keerde zij terug naar haar rol in de rechterlijke macht. Ze heeft zich sinds haar interim-presidentschap niet meer in de actieve politiek begeven, maar blijft in de nationale herinnering als een pionier die in een turbulente tijd het leiderschap aandurfde en Haïti naar democratie hielp leiden. 

  • Bronnen: Deze informatie is verzameld uit nieuwsberichten, encyclopedische bronnen en historische verslagen, waaronder Reuters, Britannica en regionale nieuwsmedia, die de loopbanen en prestaties van de genoemde leiders documenteren. De loopbanen tonen aan dat vrouwelijke leiders in Zuid-Amerika en het Caribisch gebied vaak een lange weg in de politiek of publieke dienst hebben afgelegd voordat zij aan de top kwamen, en hun nalatenschap varieert van hervormingen en economische crises tot democratische transities. Hoewel niet al deze vrouwen nog politiek actief zijn, hebben ze stuk voor stuk de deur geopend voor grotere participatie van vrouwen in het bestuur van hun land.
error: Kopiëren mag niet!