Door: Drs. Clyde M.
Het nieuwe regeerakkoord belooft forse investeringen in sociale programma’s, economische diversificatie en overheidshervormingen. Maar de grote vraag is: waar moet het geld vandaan komen? Een analyse van de financiële haalbaarheid.
Tegenstrijdige beloften: investeren vs. sober beleid
Het akkoord spreekt enerzijds over “sober bestuur” en “fiscale discipline”, maar anderzijds over dure plannen zoals:
Uitbreiding van gezondheidszorg en onderwijs
Investeringen in landbouw, toerisme en ICT
Sociale programma’s tegen armoede
Probleem: Suriname kampt nog altijd met hoge schulden, beperkte belastinginkomsten en een zwakke munt. Zonder duidelijke financieringsbronnen dreigen deze plannen onbetaalbaar te worden.
Waar zijn de middelen?
Belastinghervorming alleen is niet genoeg
Het akkoord rekent op hogere belastinginkomsten, maar Suriname’s economie is klein en de informele sector groot. Snelle inkomstenstijging is onrealistisch.
Geen duidelijkheid over olie- en gasopbrengsten
Hoewel de olie- en gassector kansen biedt, zijn de inkomsten nog onzeker en zullen ze pas op middellange termijn binnenkomen.
Risico van nieuwe schulden
Als men nu al grote uitgaven doet zonder stabiele inkomsten, kan dit leiden tot nieuwe schulden of monetaire druk op de SRD.
Conclusie: Realisme ontbreekt
De plannen zijn nobel, maar zonder harde keuzes (minder uitgaven elders, gefaseerde invoering of garanties voor buitenlandse investeringen) dreigt óf teleurstelling óf een begrotingstekort. Men moet snel duidelijk maken hoe zij deze plannen wil financieren – anders blijft het bij loze beloften.