GranMorgu FPSO: Een kijkje op het schip dat Surinames eerste offshore olieproject aandrijft

SBM Offshore en Technip Energies bouwen Surinames eerste floating production, storage and offloading (FPSO)-eenheid voor het aanstaande GranMorgu-veld. Het schip, dat medio 2028 in het land moet aankomen, is cruciaal voor het succes van het project, aldus Pierre Gaté, SBM’s Country Entry Manager voor Suriname.

De FPSO, die permanent 180 km voor de kust verankerd zal zijn, wordt op maat gebouwd en is niet omgebouwd uit een tanker. “Het is een nieuwbouwschip, wat wij een MPF noemen, een multifunctioneel drijvend platform”, zei Gaté.

De eenheid zal boorvloeistoffen, olie, gas, water en modder scheiden, evenals opslag en lossen afhandelen. “We houden de olie, want dat is wat we willen”, legde hij uit. “Het gas wordt geïnjecteerd en het water hergebruikt.”

De GranMorgu FPSO krijgt een productiecapaciteit van 220.000 vaten olie per dag – genoeg om dagelijks 14 Olympische zwembaden te vullen. Ook kan het twee miljoen vaten olie aan boord opslaan. SBM’s ontwerp omvat vijf gasturbinegeneratoren, die 150 megawatt stroom produceren. “Hierdoor wordt het een volledig elektrisch aangedreven FPSO. Compressoren, pompen, alles werkt op elektriciteit”, zei Gaté.

Het schip biedt plaats aan 180 bemanningsleden per ploeg, met tweemaal daagse helikoptervluchten voor ploegenwissels. “Dat zijn 180 banen keer twee”, benadrukte Gaté, verwijzend naar de werkgelegenheid.

Milieutechnisch beschikt het schip over een gesloten fakkel systeem om emissies te minimaliseren. “We streven ernaar om affakkelen zoveel mogelijk te beperken”, zei hij.

De romp van de FPSO komt uit SBM’s Fast4Ward®-programma, dat gestandaardiseerde ontwerpen gebruikt om de bouw te versnellen en kosten te verlagen. “Dit is dezelfde romp als in drie van onze FPSO’s in Guyana en twee in Brazilië”, aldus Gaté.

De bouw vindt plaats in drie scheepswerven in China: de romp wordt gebouwd bij CMHI, integratie gebeurt bij COSCO en een andere werf is betrokken bij fabricage. Het schip vertrekt in 2027 naar Suriname, met de eerste olieproductie gepland voor 2028.

Veiligheid staat voorop. “We combineren SBM’s ‘Target Excellence’ met TotalEnergies’ veiligheidscultuur”, zei hij. “Onlangs vierden we een miljoen werkuren zonder ongevallen, en dat willen we vasthouden in de komende 20 tot 25 miljoen uur.”

“We zijn misschien het laatste stukje van de puzzel”, sloot Gaté af, “maar we zijn meer dan alleen een romp en wat installaties. We bouwen het zichtbare hart van Surinames offshore olieproductie.”