Valuta-angst grijpt om zich heen bij verkiezingsonzekerheid

Fiscalist Mey: “Onverantwoorde uitspraken jagen Surinamers de stuipen op het lijf”

Zoals vaker het geval is rond verkiezingstijd, verkeert de Surinaamse valutamarkt momenteel in onrust. De officiële koersen van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) staan op SRD 37,30 voor de Amerikaanse dollar en SRD 43,10 voor de euro, maar op straat gaan de koersen inmiddels veel verder: tot SRD 43,50 voor een cash dollar en SRD 48,00 voor een girale euro.

Volgens fiscaal econoom drs. Mey is deze koerssprong vooral ingegeven door politieke onzekerheid. “De huidige regering heeft met veel moeite enige stabiliteit op de valutamarkt gecreëerd en er was ruimte voor verdere economische groei. Maar, zodra onverantwoordelijke uitspraken worden gedaan door nieuwgekozen Assembleeleden – zoals Ashwin Adhin, die het heeft over dollarkoersen van SRD 50 tot SRD 60 – dan slaat de paniek toe.”

De markt reageert direct op dit soort signalen. “Wat deze politici blijkbaar niet beseffen, is dat elke verhoging van de koers het dagelijks leven voor de gewone Surinamer ondraaglijker maakt”, benadrukt Mey. “De kosten van importen, van voedsel tot medicijnen, stijgen dan fors. Ook bedrijven die hun inkomsten in SRD verdienen, zien hun koopkracht en winst verdampen.”

De valutapaniek voedt een vicieuze cirkel, legt Mey uit. “Wanneer vertrouwen ontbreekt, trekt de zwarte markt aan de touwtjes. De centrale bank mag dan officiële koersen publiceren, maar wie vandaag een euro wil kopen, betaalt op straat fors meer – puur uit angst voor wat komen gaat.”

Het vooruitzicht van een mogelijke nieuwe regering onder leiding van de NDP draagt volgens Mey niet bij aan rust. “De economische geschiedenis leert dat die partij weinig oog heeft voor realistische, wetmatige beleidsvoering. Het vertrouwen in degelijk financieel beheer brokkelt nu al af, en dat nog voordat een nieuwe regering überhaupt gevormd is.”

Volgens Mey zal het tijd kosten voordat de valuta-angst weer verdwijnt. “Wat nu nodig is, is terughoudendheid in het publieke debat, en een krachtige boodschap van continuïteit en financiële discipline. Zonder dat gaan we richting een koers die niet alleen onhoudbaar, maar ook maatschappelijk desastreus is.”