In het eerste kwartaal van het komend jaar zal de zesde agrarische telling worden uitgevoerd. Bij de agrarische telling wordt de nodige informatie verzameld over agrarische bronnen en hulpmiddelen, die gebruikt worden voor de agrarische productie in het land.
Voor de planning, beleidsformulering en projectontwikkeling van en voor de agrarische sector zijn betrouwbare statistieken nodig.
De Nationale Assemblee is deze week begonnen met de behandeling van het wetsontwerp dat gaat over de voorzieningen met betrekking tot het houden van de zesde agrarische telling.
De kosten van de agrarische census worden gefinancierd middels een lening van de Inter-Amerikaanse Ontwikkelings Bank (IDB) ter waarde van US$ 1,6 miljoen. Van de Wereld Voedsel Organisatie van de VN (FAO) wordt technische assistentie verleend voor een bedrag van US$ 400.000.

Minister Parmanand Sewdien van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) legde afgelopen dinsdag tijdens de behandeling van het wetsontwerp in de Nationale Assemblee uit dat de FAO aanbeveelt dat om de 10 jaren een telling moet worden gehouden. De laatste agrarische telling in Suriname heeft 16 jaar geleden, in 2008. plaatsgevonden. Sindsdien is de agrarische sector veranderd, zowel in structuur als in productie. Bij de laatste telling in 2008 werd de PAPI-methode (Pen and paper Personal interview) gehanteerd, waarbij medewerkers van LVV gebruik maakten van een uitgeprinte vragenlijst om verkregen informatie in het veld te verzamelen.
Snellere verwerking data
Bij de komende telling wordt volgens de CAPI-methode (Computer Assisted Personal Interviewing) uitgevoerd. Het voordeel hiervan is dat de informatieverwerking sneller plaatsvindt en daardoor het eindrapport sneller kan worden gepubliceerd.
De LVV-minister zegt dat het eindrapport van de zesde agrarische census reeds in 2025 zal worden gepubliceerd. Bij voorgaande tellingen duurde het enkele jaren voordat het eindrapport af was. Daardoor heeft de daarin opgenomen informatie geen waarde dan enkel een historische waarde.
De LVV-minister benadrukt het groot belang van het beschikbaar hebben van kennis en actuele informatie van de agrarische sector om effectief en efficiënt beleid op te stellen en uit te voeren. De agrarische sector maakt tussen de 4 en 6 procent uit van de BBP.