Door de president is een zacht uitgedrukt een verhaal voorgehouden aan het volk over de zogenaamde boosdoener van de ontstane armoede: het IMF. Dat was door ons voorspeld en zo is het uitgekomen. Het IMF is door deze regering misbruikt; het is geen gunst van de regering om IMF-maatregelen af te wijzen. IMF is door deze regering het volk aangedaan. Bovendien blijven we zeggen dat het IMF wel degelijk een sociaal beleid heeft en dat is allemaal online te volgen. Het zijn regeringen, als de onze, die falen om de sociale poot op te zetten. Het jaar 2017 is aangevangen en velen in het land zijn huiverig naar de verwikkelingen dit jaar. Veiligheid en de politiek zijn onderwerpen die dagelijks eraan herinneren dat het tij niet aan het keren is. Er zijn critici die beweren dat er roofbouw wordt gepleegd op Suriname, omdat enkelen in de top weten dat het land niet meer te redden is vanwege het oprukkende zeewater (zeespiegelstijging). Men schijnt niet aan het volk te kunnen zeggen dat het land niet meer te redden is en dat men ook moet pakken wat er aan enorme rijkdommen te pakken valt en dat men een veilige haven elders moet zoeken. Intussen is de top van het land met de vrienden wel bezig om dat te doen. De oppositie schijnt ook op de hoogte te zijn van deze ontwikkeling en men doet meer door een schijnoppositie te voeren. Het bewijs van de schijnoppositie is het wantrouwen dat er nog zwaar heerst in de groep vanwege de opgekomen nieuwe potenties en de nieuwe verhoudingen op basis van electorale steun. Vele burgers hebben de durf niet kunnen opbrengen om deze keer op de televisie te volgen, wat de president allemaal namens de regering te vertellen had aan de vooravond van 2017. Dat hebben velen bewust niet gedaan omdat men de enkele uren rond ‘oud en nieuw’ niet wilde verpesten voor zichzelf. Velen hebben daarna toch in hun privé-moment gepiept online wat er allemaal verkondigd is en men heeft ontdekt dat men terecht de zaak niet op tv heeft gevolgd. We ontdekken dat aan het begin van 2017 een deel van de burgerij alle vertrouwen in de regering heeft opgegeven. Burgers hebben een hulpeloos gevoel en ontdekken dat er een vervreemding en verwijdering is opgetreden tussen de verschillende onderdelen van de regering en het kleine volk van Suriname. Er wordt wel gezegd dat de tijden hard zijn, maar men merkt niet dat aan deze vaststelling barmhartigheid en sociaal gevoel gepaard gaat. In het jaar 2016 is in samenwerking met de minister van Juspol de rechtstaat onrecht aangedaan en het volk moest lijdelijk toekijken. In de boodschap van de president lijkt hij te zeggen dat hij gemerkt heeft dat Suriname niet aan de afgrond is, omdat er feesten zijn gevierd. Men moet thuis eens gaan kijken hoe het gesteld is met de mensen die bij horden staan de springen en sjorren op massafeesten. Er is wel vuurwerk afgeschoten, omdat het Surinaams volk niet weet te ageren, vandaar dat het aantal blanco stemmen bij de verkiezingen laag is. Het Surinaamse volk is door een gebrekkige scholing politiek niet bewust en de politiek heeft daarom geen respect voor de burgerij. Zoals door ons voorspeld in het begin, heeft de regering het IMF het boetekleed aangedaan. En wie is er hier van het IMF om zich te verweren? Niemand. Door IMF de schuld te geven van de moeilijke tijden, wordt de bevolking zwaar voor de gek gehouden. De maatregelen om subsidies af te bouwen, omdat Surinamers voor niets willen betalen en boven hun stand leven, komt niet van het IMF, maar van deze regering. De president noemt in deze regeerperiode weer voor het eerst corruptie en ‘names’ and ‘faces’. Hetgeen verkondigd is door de president kan geen verwijzing zijn naar de anticorruptiewet. Aangezien er geen plannen bestaan om het geroofde geld terug te halen, zoals andere serieuze regeringen dat hebben gedaan, kan alles met een korreltje zout worden genomen. Moreel-ethisch is deze regering niet zover om corruptie aan te pakken, maar om het tegenovergestelde te doen.
In het weekend zijn er weer doden gevallen bij berovingen en is er ook misbruik gemaakt van een dienstwapen van de politie. We hebben het ettelijke keren hier gezegd, maar de politieleiding slaat geen acht op informatie vanuit het publiek. Er zijn plaatsen in Paramaribo-Zuid en Wanica waar er drugs worden verkocht en gestolen goederen worden verhandeld. Op deze plaatsen komen ook rovers bijeen. Heel vaak wonen politiemannen in en rondom deze buurten en gaan ze er elke dag langs. Politiemannen zien de bewegingen bij deze verdachte haarden, maar kijken de andere kant op. Veel politiemannen nemen hun baan tegenwoordig als een 7-3-job. Politiemannen geven vanuit hun buurt nauwelijks tips en informatie door aan de collega’s die in deze ressorten dienst doen. De politieman schijnt geen informant van de politie te willen zijn. Politiemannen leven afgeschermd van hun buurt in termen van veiligheid. Veel politiemannen zijn in hun buurt gestationeerd en moeten optreden tegen familie en buurtgenoten, waarvoor men niet kiest. De gemiddelde politieman heeft zwaar ingeboet aan waardigheid en gezag. Opvallend is dat het bekend is dat in veel plaatsen in Wanica en Zuid-Paramaribo smokkelsigaretten en -alcohol worden verkocht, waarop de (nieuwe) accijnzen niet zijn betaald. Ook politiemannen behoren tot de vaste kopers van goedkopere sigaretten en alcohol. Al met al schijnt er sprake te zijn van een samenspanning van criminelen en de politiemannen in de verschillende buurten tegen de burgers. De politiemannen lopen met oogkleppen op in hun buurten. Deze zaken zijn bekend bij de politieleiding maar die treedt niet op.
