Suriname bevindt zich steeds nadrukkelijker in het vizier van de Verenigde Staten en klimt snel op interne Amerikaanse waarschuwingslijsten van landen die mogelijk op termijn geblacklist kunnen worden.
De kern van de zorg in Washington is de diepgewortelde invloed van China in Suriname. In de afgelopen twintig jaar hebben Chinese bedrijven, vaak met directe of indirecte steun van de Chinese staat, omvangrijke investeringen gedaan in vrijwel alle sectoren van de Surinaamse economie. Die aanwezigheid reikt inmiddels van infrastructuur en handel tot mijnbouw, retail en dienstverlening.
China’s benadering was pragmatisch en doelgericht: snelle financiering, zachte leningen en geen bemoeienis met binnenlandse politieke of bestuurlijke aangelegenheden. Voor opeenvolgende Surinaamse regeringen, die weinig alternatieven hadden op de internationale kapitaalmarkt, was dit aantrekkelijk en soms zelfs onvermijdelijk. Het resultaat is een grote Chinese footprint en een groeiende afhankelijkheid.


Volgens een internationale diplomaat met ruime ervaring in Latijns-Amerika moet de Amerikaanse reactie worden gezien in een bredere strategische context. “De Verenigde Staten kijken niet alleen naar Venezuela vanwege olie, maar vooral vanwege de Chinese aanwezigheid daar. Het doel is te voorkomen dat China zich duurzaam nestelt in wat Washington beschouwt als zijn geopolitieke achtertuin. Suriname valt steeds meer in datzelfde strategische kader”, aldus de diplomaat.
Met Donald Trump opnieuw als president grijpt de VS terug op een aangescherpte Monroe-doctrine: invloed van rivaliserende grootmachten in het westelijk halfrond wordt niet langer getolereerd.
Dat Suriname directe signalen ontvangt, is veelzeggend. Het korte bezoek van minister van Buitenlandse Zaken Marco Rubio paramaribo en de expliciete waarschuwingen aan zowel ex president Santokhi als huidig president Jenny Simons, maken duidelijk dat neutraliteit volgens Washington geen optie meer is.
“President Simons zal een keuze moeten maken”, stelt de diplomaat scherp. “In de huidige wereldorde wordt niet kiezen geïnterpreteerd als tegen de VS kiezen. Doet Suriname dat niet expliciet, dan zal die keuze indirect worden afgedwongen — via diplomatieke druk, economische maatregelen en binnenlandse actoren zoals ngo’s.”
Suriname staat daarmee voor een cruciaal moment: zelf richting bepalen, of het risico lopen dat die richting van buitenaf wordt opgelegd.
