Weer loopt de regering tegen haar eigen woorden aan. Waar president Jennifer Simons eerder stelde dat alle gronduitgiften van de afgelopen vijf jaar onwettig en daarmee automatisch nietig zijn, krabbelt haar eigen minister van Grondbeleid en Bosbeheer nu terug. De onduidelijkheid zorgt voor maatschappelijke onrust, politieke kritiek en vragen over de impact voor duizenden burgers die in afwachting zijn van duidelijkheid over hun perceel.
Ongeldig
President Simons had zich hard uitgelaten. Volgens haar zijn alle uitgiften die in de vorige regeerperiode hebben plaatsgevonden, niet volgens de geldende wettelijke regels verstrekt. Zij verwees naar artikel 13 van de Anti-Corruptiewet, dat stelt dat elke uitgifte die niet volgens de wet is verlopen, juridisch ongeldig is.
“Alle stukken grond die zijn uitgegeven de afgelopen vijf jaar, zijn onwettig uitgegeven”, zei de president, daarbij verwijzend naar eerdere waarschuwingen die volgens haar pas serieus worden genomen nadat ook de Rekenkamer vergelijkbare bevindingen rapporteerde.
De president schetste ook grote misstanden bij de uitgifte van enorme lappen grond, variërend van honderden tot duizenden hectare, vooral in het westen van het land. “Al die mensen die denken dat ze 3000 hectare of 300 hectare langs de weg naar Apoera hebben gekregen; het is niet correct uitgegeven.” Tegelijkertijd gaf Simons aan dat kleine burgers die op rechtmatige wijze een perceel verkregen, niet de dupe zullen worden en dat dergelijke gevallen zullen worden gecorrigeerd.
Minister spreekt anders
Minister Stanley Soeropawiro van GBB heeft echter een nuancering aangebracht. Hij stelt dat niet alle uitgiften van de afgelopen vijf jaar nietig zijn, maar uitsluitend die waarvoor de wettelijke procedures niet zijn nageleefd. Via de Communicatiedienst Suriname benadrukte hij dat noch de president noch de minister bepaalt wat nietig is; de wet zelf schrijft dat voor. De minister verwees daarbij naar het Rekenkamer Verslag van 2023, dat via steekproeven onregelmatigheden aantoonde. Rechtmatig uitgegeven grond blijft rechtmatig, aldus Soeropawiro.
Volgens de minister hoeven burgers die op correcte wijze een perceel hebben gekregen, zich geen zorgen te maken. Nietigverklaringen zouden enkel volgen wanneer uit onderzoek blijkt dat processen, adviezen of wettelijke termijnen niet zijn nagevolgd. Ook wees hij op structurele problemen: situaties waarin de status van een perceel onduidelijk is, tweede bereidverklaringen die worden verstrekt terwijl de eerste nog actief is, en adviezen van grondinspectie en districtscommissarissen die niet volledig blijken.
Tegenstrijdigheid
De politieke kritiek is intussen niet mals. Oppositieleden verwijten de regering dat zij met tegenstrijdige boodschappen paniek veroorzaakt onder burgers. Organisaties die al jaren pleiten voor transparantie in gronduitgiften, zeggen dat de huidige communicatie eerder onzekerheid vergroot dan oplost.
De mogelijke gevolgen zijn aanzienlijk. Talloze burgers en ondernemers vrezen dat investeringen stilvallen zolang onduidelijk is of hun titel geldig is. Juristen waarschuwen voor juridische procedures als de overheid percelen onrechtmatig terugdraait. Tegelijkertijd vragen beleidsdeskundigen zich af of de overheid de capaciteit heeft om de grote hoeveelheid dossiers grondig te herbeoordelen.
Terwijl de samenleving wacht op helderheid, blijft een cruciale vraag onbeantwoord: geldt de nietigverklaring voor alle uitgiften, zoals de president stelt, of alleen voor de onrechtmatige gevallen, zoals de minister benadrukt? De regering zal deze interne discrepantie snel moeten rechtzetten om verdere onzekerheid en maatschappelijke spanning te voorkomen.