De vaste commissie voor Financiën en Planning en de Commissie Staatsbegroting van De Nationale Assemblée (DNA) hebben zich donderdag 30 oktober gebogen over de ontwerp-begroting 2026.
Tijdens de vergadering in de DNA werden kritische vragen gesteld over de financiële onderbouwing, prioriteitsstelling en het beleid achter de cijfers. Ook de Vereniging van Economisten in Suriname (VES), onder leiding van voorzitter Steven Debipersad, leverde scherpe inbreng. Debipersad benadrukte dat goedkeuring van de begroting niet los mag worden gezien van het staatschuldenplan.
Onderbouwing
Volgens hem moet naast de cijfermatige onderbouwing ook een duidelijke ontwikkelingsrichting zichtbaar zijn. “Het gaat niet alleen om hoeveel geld er is, maar waar het naartoe gaat en wat het oplevert”, stelde hij. De VES-voorzitter wees op het belang van prioriteitsstelling bij de besteding van middelen, met nadruk op sectoren die economische groei en stabiliteit kunnen bevorderen. Daarbij noemde hij de ondernemerssector en het onderwijs als speerpunten, vooral met het oog op de kansen in de opkomende olie- en gassector.
De commissieleden gingen in op de aanbevelingen van VES.
Commissievoorzitter Rabindre Parmessar (zie foto) kondigde aan dat zowel het directoraat Belastingen als de minister van Financiën binnenkort zullen worden uitgenodigd om nadere toelichting te geven.
Spanningsveld met de regering
De VES heeft zich in de afgelopen jaren meermaals kritisch opgesteld tegenover het regeringsbeleid. In februari 2023 riep de organisatie DNA nog op om “met een stofkam door de begroting te gaan” vanwege een tekort dat volgens haar economisch onverantwoord was. In mei 2025 bestempelde VES de valutaveilingen van de Centrale Bank van Suriname als “symptoombestrijding” en niet als structurele oplossing. Ook bij de presentatie van de ontwerp-begroting 2026 uitte de vereniging stevige kritiek.
Volgens de VES ontbreekt het aan “fiscale discipline” en blijft de regering te vaag over de invulling van haar investeringsplannen.
Debipersad waarschuwde eerder deze maand dat de staatsschuld structureel onhoudbaar dreigt te worden. Vanaf 2026 moet Suriname bijna USD 700 miljoen aan de Oppenheimer-schuldeisers aflossen een last die volgens hem “de begrotingsruimte dramatisch beperkt”.
Deskundigheid
De deelname van de VES aan de begrotingsbespreking toont aan dat DNA externe deskundigheid serieus betrekt bij het beleidsoverleg. Toch wijst de herhaalde spanning tussen de economenvereniging en de regering op een dieper probleem: gebrek aan transparantie en consistent beleid. VES benadrukt dat begrotingsdiscipline, duidelijke prioriteiten en geloofwaardige communicatie cruciaal zijn voor herstel van vertrouwen bij burgers én internationale partners.
De regering staat voor de uitdaging om met de begroting 2026 niet alleen cijfers te presenteren, maar ook richting te tonen. Zonder scherp financieel beheer en duidelijke keuzes dreigt Suriname opnieuw te vervallen in kortetermijnpolitiek. De vraag blijft of deze begrotingsronde het moment wordt waarop beleid en realiteit eindelijk op één lijn komen.