Het Politiehandvest van Suriname (Wet van 17 april 1971, houdende regelen omtrent de politie in Suriname – G.B. 1971 no. 70), bepaalt in Artikel 35 (Kleding, schoeisel, uitrusting en dienstwoning) het volgende:
- Aan de ambtenaren van politie wordt, volgens regelen bij of krachtens staatsbesluit te stellen, bovenkleding en schoeisel verstrekt of een toelage daarvoor toegekend.
- Dit betekent dat de overheid in beginsel verantwoordelijk is voor het leveren van uniform en schoeisel, of dat er een toelage voor wordt betaald.
Hoewel de wet voorziet in de verstrekking of een toelage, gebeurt het in de praktijk vaak dat er onvoldoende of laattijdige levering van uniformen en schoeisel is, waardoor agenten genoodzaakt zijn om sommige items van hun uitrusting uit eigen zak te betalen. Dit is echter niet de wettelijke regeling, maar een probleem dat voortkomt uit de uitvoering of budgettaire tekorten.
Een politieagent vertelt,”dat er in geen tijden een vergoeding ten behoeve van kleding en schoeisel is betaald” en dus genoodzaakt is om uit eigen zak stof te kopen voor het laten maken van een uniform. Dat geld wordt niet terugbetaald.
“Maar als jouw uniform dusdanig is versleten en je er netjes bij wilt lopen dan laat het geen keus om zelf die investering te doen.”
De politie is vaak negatief in het nieuws de afgelopen tijd. Echter kampen ook de agenten met heel veel uitdagingen.
De werkomstandigheden op diverse bureaus laten te wensen over. Kapotte en/of slecht werkende aircosystemen, zorgen voor een onaangename werksfeer.
Daarnaast is er nog altijd het probleem met voertuigen.
Niet zo lang geleden kreeg het korps enkele nieuwevoertuigen. Daarmee is het voertuigenprobleem echter niet opgelost, omdat het onderhoud en de service van de auto’s nog grotere problemen zijn.
De pas ontvangen auto’s hebben hun servicebeurten allemaal gehad. Er zijn wat dat betreft geen verdere afspraken en de Technische Dienst van het Korps Politie Suriname functioneert niet als zodanig, waardoor de nodige service uitblijft.
Om adequaat gebruik van de voertuigen te kunnen maken gaan ook hiervoor de agenten in eigen zak.
Ze betalen voor onderdelen die vervangen moeten worden of servicebeurt die de auto nodig heeft.
De bewering dat politieagenten van het Korps Politie Suriname het onderhoud van de dienstvoertuigen uit eigen zak betalen, is een zeer serieuze aantijging en is niet de officiële procedure.
De wettelijke en officiële situatie is dat het onderhoud van alle dienstmiddelen, waaronder het wagenpark, de verantwoordelijkheid is van de overheid/het ministerie van Justitie en Politie en moet worden betaald uit het staatsbudget dat aan het KPS is toegewezen.
Net als bij het uniform en schoeisel, zijn er echter door de jaren heen hardnekkige berichten en klachten geweest over ernstige tekorten en logistieke problemen bij het KPS zoals
gebrek aan middelen: Vaak is er onvoldoende budget of zijn er vertragingen in de toelevering van onderdelen, waardoor voertuigen lange tijd stilstaan (APK – Afgekeurde Politievoertuigen Korps).
Onofficiële oplossingen: Wanneer essentiële middelen ontbreken, zijn er verhalen in omloop (vaak via lokale media en vakbonden) dat agenten op lokaal niveau (posten of ressorten) soms geld bij elkaar leggen of lokale donaties zoeken om kleine, dringende reparaties uit te voeren zodat ze hun werk kunnen blijven doen. Dit is een noodoplossing en géén officiële verplichting.
Het hoort niet dat agenten dit betalen. Dat dit toch gebeurt, is een signaal van ernstige onderfinanciering en structurele problemen binnen het beheer van het Korps Politie Suriname.