Minister Marinus Bee van Binnenlandse Zaken heeft onlangs aangegeven dat hij begrijpt dat mensen die tijdens de verkiezingen van mei 2025 werkzaamheden hebben verricht, zich gefrustreerd voelen omdat ze nog niet zijn uitbetaald. Volgens de minister is dit te wijten aan het feit dat de benodigde middelen nog niet zijn overgemaakt door het ministerie van Financiën en Planning. De betalingen worden in delen verricht, afhankelijk van wanneer er stortingen plaatsvinden vanuit dat ministerie.
Hoewel de minister de gevoelens van de werkers begrijpt, is het belangrijk om te benadrukken dat dit geen kwestie van begrip of goedvinden is, maar een fundamentele plicht van de staat. De mensen die hun tijd, energie en arbeid hebben geïnvesteerd in de verkiezingen, hebben hun werk al gedaan. Ze hebben hun “zweet en arbeid” reeds geleverd. Het is dan ook niet aan de staat om hen “te begrijpen” – het is aan de staat om hen te betalen, zonder vertraging, zonder excuses.
Wanneer de betaling uitblijft, voelt het voor de burgers als een diefstal van hun inspanningen. De staat heeft een morele en juridische verplichting om de werkers op tijd te betalen. Het is geen gunst, maar een recht dat zij verdienen voor hun werk. De overheid heeft immers de verantwoordelijkheid om haar administratieve processen goed en op tijd te regelen.
Men kan zich afvragen hoe ministers, Assembleeleden en andere overheidsfunctionarissen zouden reageren als zij hun salaris niet op tijd zouden ontvangen. Dit zou ongetwijfeld als onacceptabel worden beschouwd, omdat zij dezelfde rechten hebben als de burgers die hard werken voor hun inkomen.
Het uitblijven van tijdige betalingen aan werkers is een teken van falend administratief beleid. Dit benadrukt de urgentie van een efficiënter systeem en de noodzaak voor de staat om haar verplichtingen serieus te nemen.
De boodschap is duidelijk: als de overheid haar personeel op tijd betaalt, moeten de burgers die gewerkt hebben voor de staat, de verkiezingen of andere belangrijke taken, dezelfde behandeling krijgen. Het is de verantwoordelijkheid van de overheid, niet haar keuze.