Met het opnemen in de gewijzigde Wet op de Staatsschuld van een beperkte overgangstermijn waarin de regering het obligoplafond tijdelijk mag overschrijden om nieuwe schuldverplichtingen aan te gaan, geeft de Nationale Assemblee (DNA) volgens voorzitter Ashwin Adhin een helder signaal af van begrotingsdiscipline en tijdige schuldnormalisatie.
Het obligoplafond is de verhouding tussen de staatsschuld en het Bruto Binnenland Product (BBP). De wettelijke norm is 60 procent. Het obligoplafond als bedoeld in de Wet op de Staatsschuld is al ruim overschreden. Het bedraagt momenteel 94,4 procent.
Het parlement heeft dinsdag met algemene 36 stemmen de wijziging van de Wet op de Staatsschuld goedgekeurd. Tijdens de stemming waren van de coalitie 25 leden en van de oppositie (VHP) 11 leden in de zaal aanwezig.
In een slotwoord na de stemming zei Assembleevoorzitter Ashwin Adhin dat met de wetswijziging verankerd is, dat elke overschrijding van het obligoplafond slechts kan plaatsvinden onder strikte voorwaarden, voorzien van een schuldstrategie. Daarbij dient jaarlijks door de minister van Financiën en Planning het Staatsschuldenplan te worden ingediend bij de indiening van de staatsbegroting aan het parlement.
Deze bepaling creëert een directe koppeling tussen de begrotingscyclus en het schuldbeheer, en versterkt het toezicht van De Nationale Assemblee op de macro-financiële stabiliteit van de Staat. Adhin zei dat hiermee de macro-economische stabiliteitsverantwoordelijkheid van de Staat bij het parlement ligt. Er is met de wetswijziging meer parlementaire goedkeuring afgdwongen.
De wetswijziging beoogt de overschrijding van het schuldplafond per juli 2025 wettelijk te verankeren en creëert tijdelijk ruimte voor de regering om, ten behoeve van de begrotingsfinanciering, nieuwe schuldverplichtingen aan te gaan. Die ruimte is in de gewijzigde wet beperkt gehouden tot eind december 2027. Er is daarvoor gekozen, omdat vanaf 2028 de inkomsten uit de offshore olieproductie binnen zullen komen.
Volgens de wet heeft de regering tot 2036 de tijd om het schuldniveau van de Staat terug te brengen naar de wettelijke norm van 60 procent.