De wijziging van de Wet op de Staatsschuld is volgens parlementariër Asiskumar Gajadien geen technische aanpassing, maar een ingrijpende keuze over Suriname’s financiële toekomst.
De regering vraagt toestemming om de wettelijke schuldnorm van zestig procent van het BBP tijdelijk buiten werking te stellen tot 2028, met herstel pas tegen 2036. Gajadien waarschuwt dat hiermee “de begrotingsrem wordt losgelaten” en dat De Nationale Assemblee haar controlerende rol verliest.
De VHP-fractie pleit voor versterking van begrotingsdiscipline en verwijst naar bestaande wetten: de Comptabiliteitswet, het Spaar- en Stabilisatie Fonds en het Staatsschuldenplan 2026.
Volgens advies van de SEOB (Suriname Economic Oversight Board) kan Suriname bij verantwoord beleid al vóór 2028 onder de zestig procent komen. Gajadien bepleit jaarlijkse reductiedoelen, verplichte rapportages, transparantie bij leningen en het storten van dertig procent van olie-inkomsten in het Spaarfonds.
“Geen vrijbrief, maar discipline”, aldus Gajadien vanmiddag, maandag 6 oktoner, in de Assemblee tijdens de behandeling van de ontwerpwet houdende nadere wijziging van de Wet op de Staatsschuld (S.B. 2002 no. 27, zoals laatstelijk gewijzigd bijS.B. 2023 no. 51).