Tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties bleef Suriname, samen met meer dan 77 landen, afwezig bij de toespraak van de Israëlische premier Benjamin Netanyahu. De premier herhaalde dat Israël nooit een Palestijnse staat zal toestaan. Dat standpunt botst met het beleid van Suriname: ons land erkende in 2011, onder president Desi Bouterse officieel de Staat Palestina.
ICC en Netanyahu’s status
Netanyahu staat internationaal onder druk. Het Internationaal Strafhof (ICC) onderzoekt beschuldigingen van oorlogsmisdaden en genocide; mensenrechtenorganisaties stellen dat meer dan 64.000 Palestijnen zijn omgekomen door Israëlisch geweld in Gaza.
Op beschuldiging van oorlogsmisdrijven en misdaden tegen de menselijkheid heeft het Internationaal Strafhof (ICC) arrestatiebevelen uitgevaardigd tegen Benjamin Netanyahu, premier van Israël; Yoav Gallant, voormalig Israëlisch minister van Defensie en al-Qassam brigades commandant Mohammed Diab Ibrahim Al-Masri, bekend als Deif.
Suriname als lid van het ICJ zou ook Netanyahu moeten arresteren als hij gesignaleerd wordt in Suriname of in het Surinaamse luchtruim en territoriale wateren. Het zou wenselijk zijn dat de Surinaamse regering de niet-residerende ambassadeur van Israël in Suriname uitnodigt om nader uit te leggen wat Israël bedoelt met ‘er komt geen Palestijnse staat’. Dit druist regelrecht in tegen de erkenning daarvan door Suriname.
Een Surinaamse diplomaat stelt: “Wat nu vooral in Europese hoofdsteden wordt gedebatteerd – de erkenning van Palestina – heeft Suriname al lang gedaan. Ons land stond vroeg aan de kant van een tweestatenoplossing.” Toch wijst de diplomaat ook op interne verdeeldheid: tijdens de regering Santokhi pleitte minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken voor een direct staakt-het-vuren, maar zijn pogingen om een ambassade in Jeruzalem te openen worden nu gezien als een vorm van diplomatiek verraad die onderzocht moet worden.
Surinaamse context
President Santokhi heeft nooit volledige duidelijkheid gebracht over die affaire. Daarmee blijft de vraag hangen hoe consequent Suriname in zijn buitenlandse beleid wil zijn. Voor nu toont de afwezigheid bij Netanyahu’s speech een stil signaal: Suriname kiest de kant van internationale rechtvaardigheid, al blijft de uitvoering van dat principe kwetsbaar.