De Surinaamse politie heeft een groot corruptieprobleem. Het is een ordinair integriteitsprobleem. Er worden smokkelwaar en illegaal spul met een ‘straatwaarde’ in beslag genomen en die verdwijnen gewoon uit de brandkasten van de politie. Dit is een verklaring voor wanneer er een cultuur van straffeloosheid heerst in een organisatie.
We hebben hier het heel vaak gehad over de corruptie bij de politie en dat er geen campagne tot nu toe is gevoerd om het tij te keren. Het vereist niet veel voorstellingsvermogen om vast te stellen dat personen die absolute bewegingsvrijheid hebben en toegang tot bewaakte gebieden, iets te maken moeten hebben met de verdwijningen van geldbedragen en illegale of van illegaliteit afkomstige goederen. Als het ware is de burgerij dus aangewezen op bescherming tegen dieven en rovers door ambtenaren die zelf dieven en rovers zijn. Het een en ander verklaart waarom drugshaarden en plaatsen waar gestolen spullen worden verkocht, niet kunnen worden opgeruimd. De politie duldt ook geen tegenspraak en kritiek, zelfkritiek is ze ook vreemd.
De burgerij moet kritischer worden en niet alles op haar beloop laten. Het is een feit van algemene bekendheid dat onze politie niet adequaat getraind is. Zelfs het correct communiceren is deze organisatie vreemd. Politiemensen denken dat ze gangsters zijn en in het bijzonder die werkzaam bij zogenaamde speciale eenheden. Die denken dat ze boven de wet staan. Vanuit het KPS zijn er nooit campagnes uitgevoerd of aangekondigd waarin men aangeeft een zero tolerance beleid te hebben tegen corruptie binnen de politie. De politieleiding heeft geen meldpunten waartoe men burgers uitnodigt om anoniem meldingen te doen. Heel vaak zijn er berichten van afdelingen die weigeren om klachten over collega’s te noteren.
Het beeld is er bij de burgerij dat de politiemensen elkaar dekken. Het kan gezegd worden dat de politieleiding gedurende de jaren niet heeft geïmponeerd en zelf geen voorbeeld kan stellen wat betreft integer gedrag.
Over de Caribische peiling waar Suriname schande van heeft gehad in de Caribbean zullen we het vaker hebben, omdat de politieleiding ervan uit is gegaan: ze mogen zeggen wat ze willen, wij zijn oppermachtig en hoeven niets te veranderen.
Internationaal wordt heel vaak gesproken over infiltratie van de politie door de maffia (lees: de georganiseerde misdaad) en de harde kant van de criminele wereld. Bij dit laatste denken we aan mensenhandel en mensensmokkel, internationale terrorisme en drugsvervoer en -handel. We denken in onze context ook aan arbeidsuitbuiting, prostitutie, stroperij en smokkel van beschermde dieren en ook het illegaal kappen van bomen en uitvoeren van illegale mijnbouw. Wanneer de leiding zelf niet het goede voorbeeld zal geven en onderhevig is aan opdrachten die niet leiden tot plichtsgetrouwe uitvoering van de dienst, dan zullen politieambtenaren ook afglijden.
In elk geval is het bekend dat de politiedienst geregeld wordt door politici. Daardoor is de politie ook geen afspiegeling van de samenleving, het is niet de bromki djari. Is onze politie, zoals in andere landen die laag scoren op het gebied van corruptie en daardoor veel armoede kennen, onderdeel van de georganiseerde misdaad? De georganiseerde misdaad wordt o.a. gekenmerkt door het gebruik van geweld en het opleggen van zwijgplicht. Bovendien is er een sterke link tussen de onderwereld en de (legale) bovenwereld, bijvoorbeeld tussen criminelen en de politie en de douane.
Criminele infiltratie van de politie verwijst naar de handelingen van criminelen of criminele organisaties die invloed of controle verwerven binnen wetshandhavingsinstanties. Dit kan inhouden dat agenten worden omgekocht, dat er bedreigingen worden gebruikt of dat er personen binnen de politie worden gerekruteerd om namens hen op te treden. Deze infiltratie ondermijnt de integriteit van de wetshandhaving, maakt criminele activiteiten mogelijk en verzwakt de strijd tegen criminaliteit. Criminelen kunnen steekpenningen of andere prikkels aanbieden aan politieagenten in ruil voor gunsten, zoals het negeren van illegale activiteiten, het verstrekken van informatie of het belemmeren van onderzoeken. Criminelen kunnen ook bedreigingen, intimidatie of chantage gebruiken om politieagenten tot medewerking te dwingen. Criminelen kunnen zich richten op personen binnen de wetshandhaving die kwetsbaar zijn voor hun invloed, zoals personen met financiële problemen of persoonlijke problemen.
Verder is het mogelijk dat criminelen bestaande relaties met agenten misbruiken om toegang te krijgen tot gevoelige informatie of middelen. Wanneer criminelen de politie infiltreren, ondermijnt dit het vertrouwen van het publiek in de rechtshandhaving en het rechtssysteem. Infiltratie kan criminelen in staat stellen straffeloos te opereren en zo detectie en vervolging te ontlopen. Corrupte agenten kunnen onderzoeken manipuleren, bewijsmateriaal vervalsen of criminelen beschermen tegen berechting. Infiltratie kan de nationale veiligheid in gevaar brengen doordat criminelen toegang krijgen tot gevoelige informatie of de rechtshandhaving verstoren.
Het probleem van de politie is niet een zaak van het KPS of van de minister van JusPol, maar het is zodanig serieus dat het de regeringstop regardeert. We hebben nu een nieuwe regering met een zuiver signaal op dag 1 wat betreft corruptie en grappenmakerij.
Nu is het moment om paal en perk te stellen, bij de politie maar niet te vergeten ook de douane. Daarna volgen de Belastingdienst, de Militaire Politie en het Korps Penitentiaire Ambtenaren. En de afdelingen die werk en aanbestedingen voorbereiden.
We hebben zware misdrijven gehad vanuit en binnen de politie maar straf is uitgebleven eveneens een campagne om een change te bewerkstelligen.