Ter gelegenheid van de 30e verjaardag van de vierde Wereldvrouwenconferentie, riep president Geerlings-Simons, in haar eerste toespraak tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in New York, op tot versnelde actie voor gendergelijkheid.
De vierde Wereldvrouwenconferentie voor Gelijkheid, Ontwikkeling en Vrede was een conferentie die door de Verenigde Naties werd bijeengeroepen van 4 tot en met 15 september 1995 in Beijing, China. De Amerikaanse First Lady Hillary Clinton hield een toespraak, “Vrouwenrechten zijn mensenrechten”.
189 regeringen, meer dan 17.000 deelnemers en 30.000 activisten uit de hele wereld kwamen bijeen. Het resultaat was het Beijing Actieplatform, een baanbrekend document waarin 189 landen, waaronder ook Suriname, zich verbonden aan concrete stappen om gendergelijkheid en de rechten van vrouwen wereldwijd te bevorderen.

Het platform formuleerde 12 kritieke aandachtsgebieden, met name mensenrechten van vrouwen, armoede, vrouwen en het milieu, onderwijs en opleiding, gezondheid, geweld tegen vrouwen, economische participatie, politieke vertegenwoordiging, vrouwen en gewapende conflicten, media, institutionele mechanismen voor de vooruitgang van vrouwen, en de ontwikkeling van meisjes.
De afspraken van toen worden jaarlijks besproken op de bijeenkomst van de VN-Commission on the Status of Women (CSW) in New York. Deze maand wordt het 30-jarig jubileum van de Beijing Declaration en het Beijing Platform For Action gevierd.
Dertig jaar later is de wereld ingrijpend veranderd, maar de strijd voor gendergelijkheid is verre van voltooid. Positief is dat meer meisjes toegang hebben tot onderwijs, dat vrouwen wereldwijd vaker deelnemen aan de arbeidsmarkt en dat de politieke vertegenwoordiging van vrouwen in politieke partijen en bestuursorganen langzaam toeneemt
De uitdagingen blijven echter immens. Wereldwijd verdienen vrouwen gemiddeld nog steeds 20% minder dan mannen voor gelijk werk. Gender gerelateerd geweld blijft een wereldwijd probleem: 1 op de 3 vrouwen maakt in haar leven fysiek of seksueel geweld mee, Bovendien bedreigen oorlog, klimaatverandering en digitale ongelijkheid de vooruitgang van vrouwen.
De erfenis van het Beijing Platform blijft tot op heden het meest omvattend internationale kader voor gendergelijkheid. Veel maatschappelijke bewegingen gebruiken het als meetlat voor beleid. Vooruitgang is mogelijk, mits internationale samenwerking, politieke wil en voortdurende maatschappelijke druk, hand in hand gaan.
De huidige status quo laat zien dat gendergelijkheid geen statisch doel is, maar een voortdurend proces dat telkens opnieuw bevochten moet worden.