De directeur belast met E-gov is door de nieuwe regering bedankt voor zijn bewezen diensten. Er zijn op het vlak van de digitale overheid toch enkele vorderingen geboekt. Zo krijgen ambtenaren, een groot deel van de beroepsbevolking, geen papieren loonslips meer. Deze worden nu digitaal geplaatst op het account van de ambtenaren. Alle ambtenaren hebben nu een digitaal account. Daar halen ze niet alleen hun loonslips, maar ook hun uittreksels en nationaliteitsverklaringen. De recente implementatie van digitale loonstroken via het interne overheidsportaal heeft een significante verandering teweeggebracht in hoe ambtenaren toegang krijgen tot hun loongegevens.
Deze overgang naar digitaal heeft niet alleen het proces van loonstrookjes opvragen aanzienlijk verbeterd in termen van snelheid en gemak, maar draagt ook bij aan duurzaamheid en milieubehoud door het verminderen van papier- en inktverbruik. Allereerst maakt het beschikbaar stellen van loonstroken via het interne overheidsportaal het proces voor ambtenaren efficiënter en gemakkelijker. Ambtenaren kunnen nu op elk gewenst moment en vanaf elke locatie toegang krijgen tot hun loongegevens, zonder dat ze afhankelijk zijn van fysieke documenten of het bezoek aan een kantoor. Dit bespaart niet alleen tijd voor de ambtenaren zelf, maar vermindert ook de administratieve lasten voor de betrokken overheidsinstanties. Daarnaast draagt de overgang naar digitale loonstroken bij aan duurzaamheid en milieubehoud door het verminderen van het gebruik van papier en inkt.
Door loonstrookjes digitaal beschikbaar te stellen, wordt het gebruik van papieren documenten drastisch verminderd, wat resulteert in minder papierafval en een verminderde vraag naar inkt. Dit leidt tot een lagere milieu-impact en ondersteunt de inspanningen van de overheid om duurzame praktijken te bevorderen. Dit toont aan hoe digitale transformatie kan bijdragen aan zowel operationele verbeteringen als maatschappelijk verantwoorde praktijken binnen de overheid.
Suriname moet nog een wet digitale overheid aannemen. Nederland heeft die wet wel. De Wet Digitale Overheid regelt dat Nederlandse burgers en bedrijven veilig en betrouwbaar kunnen inloggen bij de (semi-)overheid. Daarmee wordt bedoeld dat burgers elektronische identificatiemiddelen (eID) krijgen met een substantiële of hoge mate van betrouwbaarheid. Deze identificatiemiddelen geven publieke dienstverleners meer zekerheid over iemands identiteit. De wet stelt daarnaast open standaarden verplicht. Hiermee implementeert Nederland de Europese richtlijn over toegankelijkheid van overheidswebsites en apps. De eerste tranche (deel) van Wdo gaat over veilig inloggen op dienstverlening bij (semi-) overheidsinstanties, en toepassing van standaarden zoals informatie veiligheidsstandaarden.
De wet is een zogeheten kaderwet; de wet regelt algemene principes, verantwoordelijkheden en procedures, maar geen gedetailleerde regels. De wet zorgt zo voor flexibiliteit bij nieuwe ontwikkelingen. Maar ook dat belangrijke waarden en zekerheden voor burgers, zoals gebruikersvriendelijkheid, betrouwbaarheid, veiligheid, privacy en digitale inclusie altijd geborgd zijn. Deze wet legt de taken en verantwoordelijkheden vast voor veilige toegang tot de digitale overheid. Het legt verplichtingen op aan medeoverheden om veilig en betrouwbaar aan te sluiten, en hun dienstverlening in te delen op een betrouwbaarheidsniveau en stelt regels over de bekostiging daarvoor.
Verder zorgt de wet voor zekerheden voor burgers en bedrijven, biedt ze uitgangspunten voor informatiebeveiliging en de verwerking van persoonsgegevens en voor (semi) overheidsinstanties. De wet gaat over veilig inloggen op dienstverlening bij (semi-) overheidsinstanties. In de Wdo staat welke van deze instanties te maken krijgen met de nieuwe regels voor de toegang tot hun elektronische dienstverlening.
De wet maakt het mogelijk om straks via publieke én private inlogmiddelen digitaal zaken te doen met bijvoorbeeld gemeenten en zorginstanties. Alleen middelen die door de overheid op veiligheid en betrouwbaarheid zijn gecontroleerd worden toegelaten. Die zijn dan in het publieke domein toegestaan. Hoewel inloggen bij diensten van commerciële/private partijen zoals webwinkels niet in deze wet wordt geregeld, kunnen burgers met de gecontroleerde private middelen ook daar inloggen. Zo heeft de wet toch een breder effect en voordeel voor veilig inloggen.
Verder zijn de verplichtingen rondom standaarden voor veiligheid ingegaan per 1 juli 2023 in. Zo wordt de HTTPS-standaard wettelijk verplicht voor alle publiek toegankelijke overheidswebsites en webapplicaties. Deze standaard – ook bekend als ‘het slotje’ in de adresbalk van de url – zorgt ervoor dat de verbinding tussen de browser van de bezoeker en de website van de overheidsorganisatie goed beveiligd is. Dit voorkomt dat criminelen privégegevens van de bezoeker kunnen afluisteren of opgevraagde informatie kunnen manipuleren.
De Wdo is in Nederland gefaseerd in werking getreden. Hij gaat pas gelden als een instantie technisch en organisatorisch klaar is om aan te sluiten. De departementen, de publieke dienstverleners én Logius stellen samen een aansluitschema op. De verantwoordelijkheid voor het beheer van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) in het algemeen en de eID-voorzieningen in het bijzonder is belegd bij de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Suriname hoeft het wiel niet opnieuw uit te vinden en kan kijken naar Nederland.