Is er nog schaamte gevoel?

Er gaan geruchten rond dat men een standbeeld voor Bouterse wil oprichten en de revo dag wil uitroepen tot nationale vrije dag. 

Het doel voor het oprichten van een standbeeld is meestal om iemand te eren. Standbeelden kunnen dienen als eerbetoon aan belangrijke figuren, als herinnering aan historische gebeurtenissen, of als uiting van culturele identiteit en trots. Door zijn fysieke aanwezigheid helpt het beeld om een belangrijke gebeurtenis of persoon een plek te geven in ons collectieve geheugen, voor nu en in de toekomst. Zo kan er troost verkregen worden, maar dient het ook om de herinnering levend te houden, bijvoorbeeld door jaarlijks (gezamenlijke) herdenkingen bij het monument te houden. 

Door te herdenken kunnen consequenties uit het verleden worden getrokken, en blijft een aanklacht ‘levend.’ (8 dec moorden) De gemeenschap wordt door een monument geattendeerd op wat herdacht wordt, het appelleert aan een scala van emoties, waaronder pijn en verdriet, maar ook vreugde, trots en respect en bovenal erkenning. Enerzijds gaat het dan om erkenning van verlies aan mensenlevens en het hieraan verbonden verdriet en lijden. Anderzijds heeft erkenning sterk te maken met respect. Dat- of diegene die met het monument herinnert wordt, krijgt als het ware eeuwigheidswaarde. Doordat het er ‘voor eens en altijd’ staat, ontstaat een tastbare vorm van erkenning en respect voor alle betrokkenen bij de gebeurtenis. De geschiedenis wordt vastgelegd, ook voor het nageslacht. 

Wat Bouterse betreft, herken ik geen van de hierboven genoemde redenen om te herdenken. Hij heeft geen belangrijke bijdrage geleverd aan de samenleving. Integendeel heeft hij het land drie keer in de ellende gestort, de inwoners van Moiwanna laten afslachten, hij is veroordeeld als drugscrimineel en moord op landgenoten. Dat zijn politieke partij hem wil eren door middel van een standbeeld, is daarom dan ook onbegrijpelijk. Wil men echt de herinnering levend houden aan deze misdaden?

Deze politieke partij heeft al eens laten zien dat als ze aan de macht komen dat hun eerste gedachten niet zijn het welzijn van het volk, maar eigenbelang. 

Toen Bouterse aan de macht kwam was zijn eerste handeling een amnestie wet om zichzelf te beschermen en om een veroordeelde zoon uit de gevangenis te halen. Hij is er niet meer, maar dezelfde gedachten en handelingen worden gecontinueerd door de NDP. 

Hun eerste handeling is niet de financiële toestand van het land, maar eigenbelang, namelijk een standbeeld voor een crimineel en een revo dag opdringen aan het volk. Deze politieke partij laat steeds zien dat ze doen wat ze willen en lak hebben aan het volk. Aan het volk wordt niets gevraagd. Het is te hopen dat het standbeeld niet zal worden betaald van de belastingcenten van het volk.  

De persoon die men wil afbeelden heeft een controversiële geschiedenis. Dit idee zal alleen in goede aarde vallen bij zijn aanhangers en niet bij het hele volk. Het is zelfs mogelijk dat dit idee het gros van het volk pijn zal doen en men zich ervoor zal schamen. Een leider van een land is er voor iedereen en mag daarom niet handelen in het belang van een deel van het volk. 

Het is al vaker geconstateerd dat ons volk zijn normen en waarden aan het verliezen is. Gedrag waarvoor men zich zou moeten schamen, wordt juist toegejuicht. Ook bij het lintjes toekennen is dit steeds weer te merken. Vroeger kreeg men een lintje omdat men zich had ingezet voor de samenleving. Dat nobele doel is verdwenen. 

Het is alsof ons schaamte gevoel is verdwenen. Zonder zich te schamen wordt er luidop verkondigd dat het land in de financiële problemen zit. Men vergeet gemakshalve wie het land in deze ellende heeft gestort. Een goede leider is niet de man die roept dat Suriname in de financiële problemen zit, maar de man die zich inzet om die rotzooi op te ruimen. 

Santokhi kwam en trof die rotzooi aan. Hij wilde het volk deze schok besparen ging daarom  deze ellende niet rondbazuinen, maar pakte aan. Als dank werd hem gebrek aan communicatie verweten.

De gedachte aan het oprichten van een beeld voor een crimineel is op zich al weerzinwekkend. Maar als dit gebeurt in een openbare ruimte, wordt het geïntegreerd in het dagelijks leven van de samenleving, dus wordt het opgedrongen aan het volk en dat mag het volk niet worden aan gedaan. 

Het is al twee keer voorgekomen dat Suriname een crimineel  als president moest accepteren. Als we geen stop brengen aan deze schaamteloze handelingen, zal Suriname  te boek staan als een land zonder schaamte gevoel. 

Het wordt tijd dat dit volk haar land in ere gaat houden door te eisen dat degene die zo’n belangrijke rol gaat vervullen, clean moet zijn en ook hoever de macht van een president  mag reiken. De politieke partij die de verkiezingen heeft gewonnen, levert  de president. Wanneer die man of vrouw zich heeft schuldig gemaakt aan diefstal, moord, corruptie  of een strafblad heeft, moet niet de partij, maar het volk beslissen of zo iemand als leider geaccepteerd mag worden. Het getuigt van fatsoen als degene die weet dat hij niet clean is, zich niet kandidaat stelt. 

Of dat standbeeld er wel of niet komt, is niet aan een individu of een politieke partij om te beslissen. Een referendum onder het volk zou getuigen van respect voor het volk.

“Stop violating your principles in order to fit in with people who have no principles.”

Josta Vaseur

error: Kopiëren mag niet!