President Jennifer Geerlings-Simons heeft maandag tijdens de eerste regeringspersconferentie bekendgemaakt dat er voorlopig geen nieuwe korpschef bij het Korps Politie Suriname zal worden benoemd. De waarneming van het ambt blijft in handen van commissaris van politie Melvin Pinas, die sinds begin augustus optreedt als fungerend korpschef. Volgens het staatshoofd zal de procedure voor de benoeming van een nieuwe korpschef zorgvuldig en in alle rust worden ingezet. “Er wordt gewerkt aan een traject dat recht doet aan de vereisten en verantwoordelijkheden van deze functie”. aldus Simons.
Een tijdsbestek verbond zij er niet aan.
Zij benadrukte daarbij dat er persoonlijk geen enkele animositeit bestaat tegenover oud-korpschef Bryan Isaacs. “Ik heb niets tegen Isaacs. Hij zal, gelet op zijn achtergrond als jurist, zeker worden ingezet in een passende rol”, gaf de president aan.
Ontslag van Isaacs
Op 6 augustus werd hoofdcommissaris Bryan Isaacs na overleg met de relevante autoriteiten ontheven uit zijn functie als korpschef van het KPS. Als reden werd verwezen naar de huidige situatie binnen het korps en de behoefte aan beleidsmatige vernieuwing. Isaacs werd vooralsnog ter beschikking gesteld van de minister van Justitie en Politie. Hij was pas sinds februari van 2024 korpschef.
Op 21 februari 2024 werd hij tijdens een regeringsvergadering benoemd en ruim een maand later, op 28 maart, formeel geïnstalleerd op de Politieacademie. Daar werd hij ook bevorderd tot hoofdcommissaris van politie. Met zijn 43 jaar was Isaacs een van de jongste korpschefs in de recente Surinaamse geschiedenis. Zijn benoeming werd destijds door oud-president Chan Santokhi omschreven als een blijk van vertrouwen in de jonge topfunctionaris.
Afscheid
Tijdens zijn officiële afscheidsceremonie blikte Isaacs terug op achttien jaar dienst aan het korps, waarvan zestien maanden als hoogste politiebaas. Hij liet daarbij niet na te wijzen op de politieke gevoeligheid van het ambt: “De politie is, net als het recht, van en voor iedereen in Suriname, niet van een politieke partij.”
Isaacs stelde dat zijn vertrek “niet zijn keuze” was, maar erkende de druk tot vernieuwing en verandering. Hij benadrukte dat onder zijn leiding het KPS sterker is geworden en internationaal meer vertrouwen geniet in de gezamenlijke strijd tegen georganiseerde misdaad.