Guyana staat open voor een voorstel vanuit de Caribische Gemeenschap (Caricom) om ruwe olie te leveren aan de regio. Vicepresident Bharrat Jagdeo verklaarde afgelopen week dat zijn regering bereid is een plan te bestuderen, zodra dat officieel door de 15 lidstaten wordt ingediend. De gedachte achter zo’n voorstel is, dat Caricom-landen gezamenlijk kunnen onderhandelen om tegen betere voorwaarden olie en geraffineerde brandstof te verkrijgen.
Het idee werd vorige maand opnieuw onder de aandacht gebracht door Benedict Oramah, scheidend president van de African Export-Import Bank (Afreximbank). Volgens Oramah zou dit de brandstofprijzen in het Caribisch gebied aanzienlijk kunnen verlagen.
Jagdeo benadrukte dat er nog geen officieel voorstel ligt, maar dat zijn regering openstaat voor een creatieve constructie waarbij Guyana ruwe olie verkoopt tegen een bepaalde prijs en in ruil daarvoor goedkopere geraffineerde brandstoffen terugkoopt. “Dat zou de brandstofkosten voor onze bevolking kunnen drukken. Wij staan open om alle opties te onderzoeken, maar wachten een concreet voorstel af”, aldus de vicepresident.
Strategische positie Suriname
Voor Suriname, dat zelf aan de vooravond staat van grootschalige offshore-olieproductie, is deze ontwikkeling van groot belang. Het land kan binnen Caricom een dubbele rol spelen: enerzijds als toekomstige producent die op termijn ook ruwe olie kan aanbieden, anderzijds als pleitbezorger voor een gezamenlijke regionale strategie die de energiezekerheid ten goede komt.
De geografische ligging van Suriname naast Guyana maakt samenwerking bovendien praktisch aantrekkelijk. Gezamenlijke investeringen in infrastructuur, zoals opslagtanks of een regionale raffinaderij, zouden de kosten voor beide landen en voor de bredere regio kunnen verlagen. Daarbij zou Suriname, door diplomatieke coördinatie binnen Caricom, kunnen bijdragen aan het tot stand brengen van een collectief onderhandelingsblok richting grote internationale spelers.
Rol voor Suriname
Met de olie-export van Guyana, die inmiddels boven het miljoen vaten per dag ligt, en Suriname dat naar verwachting in de komende jaren een belangrijke producent wordt, groeit de mogelijkheid dat de twee buurlanden samen een spilfunctie innemen in de regionale energievoorziening.
Voor Caricom biedt dit een kans om de hoge afhankelijkheid van dure brandstofimporten uit de VS en verder weg gelegen markten te doorbreken. Suriname zou daarbij niet alleen economisch, maar ook diplomatiek een verbindende rol kunnen spelen.
Een gezamenlijke olie- en brandstofstrategie binnen Caricom zou de regio minder kwetsbaar maken voor prijsschommelingen op de wereldmarkt en tegelijkertijd de positie van het Caribisch gebied als energieregio versterken.