In veel landen ontvangen hooggeplaatste regeringsfunctionarissen geschenken â bedoeld voor de staat, niet voor privĂ©bezit. Zodra een functionaris besluit het mee te nemen en als persoonlijk bezit te beschouwen, ontstaat een juridisch en ethisch dilemma: dit kan beschouwd worden als diefstal. Tegelijkertijd rijst de vraag: is er ĂŒberhaupt regelgeving om dit te voorkomen?
Gaan andere landen hierin voor?
De Verenigde Staten hanteert via de Foreign Gifts and Decorations Act (FGDA) een limiet: buitenlandse geschenken tot een waarde van USDâŻ480 mogen functionarissen persoonlijk houden; alles daarboven wordt staatsbezit, te verwerken via de Gift Unit of later het Nationaal Archief.
Op grond van de Constitutionele Foreign Emoluments Clause mogen federale functionarissen geen geschenken ontvangen van buitenlandse staten zonder goedkeuring van het Congres.
De staat Minnesota verbood sinds 1994 expliciet het aannemen van de meeste geschenken door overheidspersoneel, uit zorg voor beĂŻnvloeding.
Juridische adviezen pleiten in veel gevallen voor duidelijke, strikte regels om ethische risicoâs en âcasual corruptionâ te voorkomen.San Francisco Ethics Commission.
Internationale schandalen?
In de VS zijn recente zaken geweest waarbij publieke figuren verdacht worden van het aannemen van luxueuze geschenken als tegenprestatie voor invloedâzoals luxe handtassen, diners, hotelverblijven, en voertuigen. Bekende voorbeelden zijn senator Bob Menendez en burgemeester Eric Adams, aldus de Financial Times
Ook onthulde de Washington Post hoe Qatar dit jaar een vliegtuig ter waarde van $400 miljoen âschonkâ aan president Trump via een maas in het systeem van presidentiĂ«le bibliotheken â een construct dat de kans op persoonlijk profijt vergroot, buiten transparantie om.
In het Verenigd Koninkrijk krijgt politieke “dark money”, inclusief via gastvrijheid en geschenken van buitenlandse bronnen, kritiek vanwege de risicoâs voor transparantie en democratie.
Imran Khan, voormalig premier van Pakistan, raakte betrokken bij het zogenaamde âgiftenscandaalâ, waarin werd beweerd dat hij geschenken van staatsuitgaven ontving en verkocht zonder goedkeuring. Het onderzoek wees op schending van wetten betreffende staatsbezittingen. Khan ontkende wangedrag, noemde het een politieke wraakactie. De zaak verergerde zijn juridische problemen en droeg bij aan zijn val uit de gratie.
Prins Bernhard van Nederland raakte in 1976 betrokken bij het Lockheed-schandaal. Hij zou omkopingsgeld hebben ontvangen voor het beïnvloeden van de aankoop van Lockheed-vliegtuigen door de Nederlandse luchtmacht. Het Hof van Nederland hechtte hem geen straf, maar zijn imago werd zwaar beschadigd en hij stopte met officiële taken.
Politiek analist-commentaar
“In de afwezigheid van duidelijke regels in Suriname lijkt men vertrouwen te stellen in de goedgelovigheid of integriteit van functionarissen. Maar geschiedenis leert ons dat dit niet volstaat. In landen met strikte regels â van federale giftlimieten tot jaarlijkse plafondbedragen â wordt voorkomen dat staatswaarden in privĂ©bezit vervallen. Economisch gevaarlijk, maar vooral democratisch schadelijk is het systeem waarin ambt en privĂ©verrijking vervagen.”
Wel is er sinds 2017 een Anti-Corruptiewet die een Commissie instelt voor preventie, registraties van (mogelijke) misstanden en verplichte openbaarmaking van inkomens- en vermogensverklaringen in Suriname.
“Wat we nu zien: een âloophole democratieâ. Net als in de VS waar een presidentiĂ«le bibliotheek een jet tot privĂ©bezit maakt, ontbreken bij veel regeringen heldere wetgeving. Het resultaat? Wat begon als beleefdheid kan uitgroeien tot institutioneel misbruik zonder dat iemand er bewust voor kiest.”
“Juridisch karakteriseren we zo’n daad als ‘diefstal’ wanneer er geen terugkeer naar de staat plaatsvindt. Maar zonder wettelijke kaders is het moreel veroordeel- en juridisch ongrijpbaar. Tijd voor hervormingen.”
“Zonder heldere regels blijft Suriname in onbestemde wateren varen: een kostbaar cadeau dat vandaag wordt toegestaan, kan morgen tot schandaal uitgroeien. Wettelijke giftlimieten, transparantie en openbaar beheer zijn geen luxe, maar fundamenteel voor hoe de staat wordt bestuurd en beleefd.”