In de Surinaamse politiek is het een vast patroon; politieke leiders die zich eerst aandienen als redders des vaderlands, maar veranderen zodra ze macht krijgen. Wat overblijft is niet alleen arrogantie en hoogmoed waanzin, maar een diepgaand psychologisch fenomeen dat bekendstaat als het “Hubris Syndroom.”
Dit syndroom werd voor het eerst benoemd door de Britse neuroloog en politicus Lord David Owen. Hij onderzocht een persoonlijkheidsstoornis die mensen in machtsposities treft en ertoe leidt dat ze overmoedig, arrogant en hoogst onverantwoordelijk worden.
Het leidt tot grootheidswaanzin, roekeloze beslissingen en een gevaarlijk geloof in de eigen onfeilbaarheid. Ongecontroleerde macht kan, volgens wetenschappers, de prefrontale cortex van de hersenen beïnvloeden.
Voorbeelden zijn er genoeg in de geschiedenis,van bekende politici als Donald Trump, Lyndon Johnson, George Bush, Putin en andere “zieke” wereldleiders.
In Suriname heten dit soort leiders geen Donald, Lyndon, George of Putin, maar gewoon Delano, Jules, Greg, Henk, Tjan en Jan, Paul, Ronald, Ronny of Donny.
Als “Grande dame Jenny “ zich in de toekomst bij dit illustere gezelschap zal voegen, moet nog blijken. Voorlopig heeft ze het voordeel van de twijfel.
Dat het Hubris Syndroom in Suriname haar intrede heeft gedaan, bewijst Donny al jaren op overtuigende wijze. Macht tast empathie aan en zorgt voor partijstructuren waarin alleen je knikkers overblijven. Dat overmoed leiders ten val kan brengen; ook als de nationale veiligheid in het geding is, brengt het hem niet tot andere gedachten. Zelfreflectie is hem vreemd, terwijl hij zijn wankele weg probeert te banen langs de meest veiligheidsgevoelige straatjes van de overheid.
Tjan op zijn beurt was eens het boegbeeld van een sublieme toekomstige leider; charismatisch, scherp van tong en hoeder van de nationale bloementuin. Hij beloofde corruptie en onrecht aan te pakken en hield in het begin zijn woord, maar naarmate zijn presidentiële macht groeide veranderde hij. “Wij zullen dit land redden” zei hij, doelend op zichzelf en zijn coalitiegenoten. Hij begon grote projecten zonder begroting of plan. Miljoenen gingen op aan luchtkastelen, zeepbellen en nepotisme, precies zijn voorgangers.
Oppositieleden die twijfels uitten werden vakkundig de mond gesnoerd. Bijna niemand had nog zin in zijn wanbeleid, maar hij kan nog steeds zijn verkiezingsnederlaag niet begrijpen.
Volgens David Owen besturen overmoed en depressie bepaalde politieke processen. Het resultaat is overal zichtbaar, voelbaar en vooral desastreus, net als onuitroeibaar onkruid.
De oplossing ligt in goede controle van het volk, openheid voor kritiek en het omringen van leiders met mensen die durven tegen te spreken, want uiteindelijk kan overmoed van leiders een heel land ten val brengen.
De gemeenschap moet letten op de signalen, voordat het echt verandert in vernietiging van land en volk.
De geschiedenis van onze leiders is al een halve eeuw een sage van diepe treurnis. Ze, kwamen, ze zagen, maar ze overwonnen niet. Ze luisterden alleen naar zichzelf, het naïeve volk elke vijf jaar ontredderd achterlatend. Wij zagen de signalen niet, maar voelen ze des te meer.
Wie zegt dat dit niet waar is, mag het eerste rotsblok werpen.
BRASA MIE