Heiligen en politiek

De uitspraak van president Jennifer Geerlings-Simons dat “heilige mensen niet in de politiek werken” roept vragen op over het morele verwachtingspatroon dat burgers van politici mogen hebben.

Volgens haar is het onrealistisch te zoeken naar “heiligen” binnen een systeem dat van nature complex en compromisgedreven is.

Politieke analisten zien in haar stelling zowel een realistische inschatting als een mogelijk verontrustend signaal. Aan de ene kant erkent Simons dat machtsstructuren zelden ruimte laten voor morele perfectie. In dat opzicht klinkt haar opmerking als een nuchtere weergave van de politieke praktijk: mensen met gebreken nemen beslissingen in een gebrekkig systeem.

Aan de andere kant stellen critici dat deze houding het risico draagt om wangedrag of corruptie te normaliseren. Als integriteit van meet af aan als een onhaalbaar ideaal wordt weggezet, ontstaat er ruimte voor het bagatelliseren van ethische grenzen. “Niet heilig zijn” mag geen excuus zijn voor onverantwoord gedrag of zelfverrijking onder het mom van politieke realiteit.

Conclusie van de analist: Simons verwoordt een politiek realisme dat begrijpelijk is, maar dat mag nooit verworden tot moreel relativisme. De samenleving heeft geen “heiligen” nodig, maar wel verantwoordelijke leiders met integriteit en zelfreflectie.

error: Kopiëren mag niet!