President Jenny Simons benadrukte woensdag bij de beëdiging van haar ministers en onderministers een duidelijke bestuursfilosofie: alleen zij geeft opdrachten, en die moeten zwart-op-wit zijn. Ze legde de nadruk op transparantie, eenheid in de regering en het tegengaan van politieke inmenging. Simons waarschuwde dat niemand de naam van een bewindsman of vrouw mag gebruiken om zaken te doen. Ze riep op tot integriteit en ijver, en benadrukte dat het regeerteam gezamenlijk verantwoordelijk is voor beleid en uitvoering.
Singapore als voorbeeld: hoge standaard voor bewindslieden
Na haar onafhankelijkheid in 1965 stelde Singapore onder leiding van grondlegger Lee Kuan Yew ongekend hoge eisen aan integriteit, vakbekwaamheid en discipline van ministers.

Kandidaten werden geselecteerd op basis van verdienste, intellect en ethisch gedrag, waarbij corruptie geen plaats had. Deze strenge norm heeft ertoe geleid dat Singapore een van de minst corrupte landen ter wereld werd, met een efficiënt overheidsapparaat, sterke economische groei en goed bestuur als resultaat.
Vergelijking met Suriname: kan Simons het waarmaken?
Een politicoloog stelt dat Simons’ intentie om een Singaporese bestuursstijl te hanteren bewonderenswaardig is, maar dat het Surinaams politiek verleden haar voor grote uitdagingen stelt. In de afgelopen 50 jaar hebben alle grote partijen – NPS, VHP, NDP, PL en ABOP – de regering gevormd, maar is er nooit structureel afgerekend met politieke bemoeienis, cliëntelisme en gebrekkige transparantie.
De politicoloog stelt: “Als Simons erin slaagt deze oude patronen te doorbreken en haar ministers persoonlijk verantwoordelijk te houden voor hun daden, zou dit een kantelpunt kunnen zijn.”
Maar hij waarschuwt ook: “Het succes hangt niet alleen af van haar leiderschap, maar ook van de politieke wil binnen de coalitie om persoonlijke en partijbelangen ondergeschikt te maken aan het landsbelang – net zoals Singapore dat destijds heeft gedaan.”
Conclusie: hoopvol maar waakzaam
President Simons zet met haar toespraak een duidelijke nieuwe norm. Of deze norm standhoudt, zal afhangen van haar vermogen om die discipline in praktijk af te dwingen – en of ministers bereid zijn hun oude gewoonten los te laten. Suriname kan lessen trekken uit Singapore, maar succes vereist constante waakzaamheid, leiderschap én institutionele vernieuwing.

