Tijdens een ontmoeting in het Witte Huis met de Liberiaanse president Joseph Boakai verbaasde Donald Trump zich over diens Engelse taalvaardigheid – terwijl Engels de officiële taal van Liberia is. Het tweetal besprak op 9 juli mogelijke handelsovereenkomsten tussen de VS en het West-Afrikaanse land.
Boakai, die zichzelf presenteerde als een bondgenoot van de VS, zei tegen Trump: “Liberia is een oude vriend van de Verenigde Staten, en wij geloven in uw beleid om Amerika weer groot te maken.” Trump reageerde verrast: “Nou, dank u wel, en zo goed Engels. Dat is prachtig. Waar hebt u zo mooi leren spreken? Waar bent u opgeleid? In Liberia?”
Toen Boakai bevestigde dat hij inderdaad in Liberia was opgeleid, merkte Trump op: “Dat is heel interessant. Ik heb mensen aan deze tafel die lang niet zo goed Engels spreken.”
De opmerking leidde tot kritiek op sociale media. Congreslid Jasmine Crockett (Texas) noemde Trumps woorden “pure onwetendheid” en “ronduit beledigend”. Anderen wezen op de microagressie in de uitspraak, die volgens hen een stereotype beeld van Afrikanen verraadt.
Liberia, gesticht door vrijgelaten Amerikaanse slaven, heeft Engels als officiële taal. Veel Liberianen beheersen het op hoog niveau.