Door : EDDY.
Het nieuwe Surinaamse regeerakkoord (2025-2030) toont een brede wil tot samenwerking en legt terecht de nadruk op goed bestuur, economische diversificatie en sociale rechtvaardigheid. Toch schiet het tekort op een aantal cruciale punten. Een effectief akkoord had meer concrete maatregelen, een duidelijke prioritering en een realistischer aanpak van hardnekkige problemen moeten bevatten.
Wat ontbreekt er in dit akkoord?
- Concrete actieplannen en meetbare doelen
Het akkoord benoemt veel ambities, zoals corruptiebestrijding en economische hervormingen, maar blijft vaag over hoe deze precies worden uitgevoerd. Wanneer wordt belastinghervorming ingevoerd? Hoeveel banen moeten er in de agro-sector bijkomen? Zonder duidelijke targets en deadlines blijft het bij mooie woorden. - Aanpak van politieke polarisatie
Hoewel vijf partijen samenwerken, wordt niet uitgelegd hoe zij meningsverschillen gaan oplossen. Suriname’s politieke cultuur is vaak verdeeld – een helder conflictmechanisme was essentieel geweest om stabiliteit te garanderen. - Klimaatadaptatie en energietransitie
Het akkoord noemt milieubescherming, maar zwijgt over concrete klimaatmaatregelen. Suriname, als kwetsbaar laagland, had een plan moeten hebben voor watermanagement, duurzame energie en aanpassing aan extreem weer. - Digitalisering en innovatie
Hoewel digitalisering van belastingen wordt genoemd, ontbreekt een bredere visie op digitale infrastructuur, cybersecurity en tech-onderwijs. Dit is een gemiste kans voor een moderne economie. - Transparantie over olie- en gasinkomsten
De waarschuwing voor “Dutch disease” is goed, maar er had een duidelijker plan moeten zijn voor hoe olie- en gasinkomsten worden beheerd, zoals een sovereign wealth fund of strikte anti-corruptiemaatregelen.
Hoe had het akkoord eruit moeten zien?
Een sterker akkoord zou:
- Meetbare targets bevatten (bijv. “25% minder armoede in 2027”).
- Een crisisplan hebben voor economische schokken, zoals valuta-instabiliteit.
- Een onafhankelijk toezichtsorgaan instellen voor corruptiebestrijding.
- Meer ruimte voor jongerenparticipatie in beleidsvorming.
- Een klimaatfonds oprichten voor duurzame projecten.
Conclusie
Dit akkoord is een stap vooruit, maar mist scherpte.