Better late than never, zeggen ze wel eens. Maar de tijd dringt voor een eerlijk beleid tegenover Israël. Net als Kati Piri ben ik ervan overtuigd dat Israël zich agressief gedraagt tegenover Palestijnen en buurlanden omdat het zich onschendbaar waant. Er is geen balance of power, maar een gevaarlijke imbalance of power – en dat vergroot het risico op conflict.
Het onderscheid tussen “verdedigingswapens” en “aanvalswapens” is misleidend. Beide dienen oorlogsvoering. Zogenaamd defensieve systemen, zoals de Iron Dome, stellen Israël in staat om aan te vallen zonder vergelding te vrezen. Zonder deze technologische superioriteit had Israël nooit Iran durven bombarderen.
Vergelijk het met twee vijanden, elk met een mes. Zolang beide kwetsbaar zijn, heerst er voorzichtigheid. Maar als één een steekwerend vest draagt, verdwijnt die remming. Zijn risico daalt, zijn agressie groeit. De ander voelt zich bedreigd en zoekt wanhopig een tegenwicht. Zo werkt het ook in de geopolitiek: onbeperkte macht leidt tot misbruik.
Een wapenembargo is geen straf, maar een noodzakelijke correctie – om Israël te dwingen te stoppen met genocide en illegale aanvallen. Als Israël Palestijnen hun rechten gunde en zich als goede buur gedroeg, was een embargo nooit nodig. Maar zolang het geweld doorgaat, blijft internationale druk cruciaal. Macht zonder grenzen corrumpeert – en daar moet een grens aan komen.

