Inleiding:
In aanloop naar de verkiezingen van 25 mei heeft NDP-presidentskandidaat Jennifer Simons haar standpunten toegelicht over de rol van de goudsector in de nationale economie. Tijdens een interview beklemtoonde zij dat de sector te weinig bijdraagt aan de staatsinkomsten en dat belastinginning efficiënter moet verlopen. De uitspraken klinken bekend in de oren – soortgelijke zorgen sprak Simons ook al uit in haar tijd als voorzitter van De Nationale Assemblee (DNA) tussen 2010 en 2020.
Commentaar van politiek analist:
Jennifer Simons stelt dat de goudsector meer moet bijdragen aan de staatskas. “Je zult met de betrokkenen in gesprek moeten gaan om de inkomsten van de overheid te vergroten”, aldus Simons .
Ze onderstreept het belang van betere belastinginning, vooral bij bedrijven die wel btw innen, maar die niet afdragen. Ook zegt ze dat de focus ligt op schuldenvermindering en het versterken van de economische basis.
Volgens politiek analist Eugène zijn veel van deze punten niet nieuw. “De roep om betere regulering van de goudsector en efficiëntere belastinginning hoorden we al vaker – ook tijdens Simons’ periode als voorzitter van De Nationale Assemblee”, zegt hij. “Tussen 2010 en 2020 kwam het regelmatig ter sprake, onder meer in begrotingsdebatten en parlementaire commissies. De discussie over informele goudhandel, belastingontduiking en de noodzaak tot ordening in de sector is destijds aangezwengeld, maar zelden concreet uitgewerkt.”
Eugène wijst erop dat met name in 2016 en 2018 parlementariërs, waaronder Simons zelf, al opriepen tot een herziening van royalty’s en een betere registratie van kleinschalige goudwinning. “Maar de politieke wil om die maatregelen echt door te voeren ontbrak toen. Het was een periode van economische druk, waarin het lastig bleek om krachtige regulering op te leggen zonder politieke gevolgen.”
Waarom zou het nu wel kunnen?
Volgens Eugène is de situatie anno 2025 anders: “De samenleving heeft nu een groter besef van de noodzaak tot structurele hervormingen. Er is minder tolerantie voor economische onevenwichtigheden. Als Simons erin slaagt om met andere partijen een geloofwaardig hervormingsakkoord te presenteren, kan dat momentum opleveren.”
Toch plaatst hij een kanttekening: “De uitdaging blijft om van goede voornemens naar harde maatregelen te gaan. Gesprekken met de sector zijn belangrijk, maar zonder afdwingbare wetgeving en transparantie verandert er weinig.”
Welke uitspraken zijn niet nieuw?
“De goudsector moet meer bijdragen aan de economie.”
→ Al in 2016 en 2018 besproken in DNA, onder andere bij het vaststellen van royaltypercentages.
“De belasting moet op de juiste manier worden geïnd.”
→ Herhaaldelijk onderwerp in begrotingsdebatten 2012–2019.
“Er zijn bedrijven die btw wel inhouden, maar niet afdragen.”
→ Ook eerder genoemd door Simons en andere NDP-leden bij belastingfraudezaken.
Conclusie:
De uitspraken van Jennifer Simons passen in een lange traditie van beleidsvoornemens die nog zelden tot fundamentele hervormingen hebben geleid. Of het ditmaal anders loopt, zal afhangen van politieke daadkracht én maatschappelijke druk.